28. ist der Auffassung, daß die Medien eine wichtige Funktion zu erfüllen haben, da sie Botschaften und Werte an die gesamte Gesellschaft übermitteln, und ist der Ansicht, daß die Mitgliedstaaten und die Bewerberländer die Ausarbeitung von Verhaltenskodizes durch die Medien selbst, die die Weitergabe von rassistischen, fremdenfeindlichen oder antisemitischen Bildern und Botschaften verhindern, anregen und fördern müssen;
28. wijst op de belangrijke rol van de media als voertuig voor berichten en waarden voor de gehele samenleving; is van oordeel dat de lidstaten en de kandidaatlanden de media in hun landen moeten stimuleren om gedragscodes op te stellen op grond waarvan de verspreiding van racistische, xenofobe of antisemitische beelden en boodschappen wordt verhinderd;