126. unterstreicht, dass das Anwachsen der Schattenwirtschaft und die Zunahme der Schwarzarbeit in Krisenzeiten eine erhebliche Wettbewerbsverzerrung darstellen; fordert die zuständigen Stellen der Mitgliedstaaten auf, die zur Bekämpfung dieses Phänomens erforderlichen Maßnahmen zu ergreifen;
126. wijst erop dat de toename, in tijden van crisis, van de illegale economie en van niet aangegeven activiteiten een belangrijk element van concurrentieverstoring vormt; verzoekt de bevoegde instanties van de lidstaten de nodige maatregelen te treffen om dit fenomeen aan te pakken;