2. Für Kreditinstitute mit Sitz in einem nicht teilnehmenden Mitgliedstaat, die in einem teilnehmenden Mitgliedstaat eine Zweigniederlassung gründen oder grenzüberschreitende Dienstleistungen erbringen, nimmt die EZB die in Absatz 1 genannten Aufgaben wahr, für die die zuständigen nationalen Behörden des teilnehmenden Mitgliedstaats zuständig sind.
2. Voor in een niet-deelnemende lidstaat gevestigde kredietinstellingen die in een deelnemende lidstaat een bijkantoor vestigen of grensoverschrijdende diensten verlenen, verricht de ECB de in lid 1 vermelde taken waarvoor de nationale bevoegde autoriteiten van de deelnemende lidstaat bevoegd zijn.