Nach Artikel 2 Absatz 2 der Grundverordnung wurde zunächst geprüft, ob die
Gesamtmenge der vom mitarbeitenden Hersteller im Vergleichslan
d im UZÜ getätigten Inlandsverkäufe der gleichartigen Ware an unabhängige Abnehmer im Vergleich zur Gesamtausfuhrmenge in die Union repräsentativ war, d. h., ob die Gesamtmenge dieser Inlandsverkäufe mindestens 5 % der
Gesamtmenge der vom mitarbeitenden Hersteller im Vergleichsland getätigten Ausf
...[+++]uhrverkäufe der gleichartigen Ware in die Union ausmachte.
Overeenkomstig artikel 2, lid 2, van de basisverordening werd eerst onderzocht of de totale omvang van de binnenlandse verkoop in het TNO van het soortgelijke product door de medewerkende producent in het referentieland aan onafhankelijke afnemers representatief was in vergelijking met de totale omvang van de uitvoer naar de Unie, d.w.z. of de totale op de binnenlandse markt verkochte hoeveelheid ten minste 5 % bedroeg van de totale hoeveelheid van het soortgelijke product die door de medewerkende producent in het referentieland naar de Unie werd uitgevoerd.