Vertaling van "hintergrund grundsätze " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Grundsatz der Exportierbarkeit von Leistungen der sozialen Sicherheit | Grundsatz der Exportierbarkeit von Sozialleistungen | Grundsatz der Übertragbarkeit der Leistungen der sozialen Sicherheit | Grundsatz der Übertragbarkeit von Leistungen
beginsel van de exporteerbaarheid van socialezekerheidsprestaties | beginsel van exporteerbaarheid | exporteerbaarheidsbeginsel

Grundsatz der Gleichstellung der Ausländer | Grundsatz der Inländerbehandlung | Grundsatz der Inländergleichbehandlung | Grundsatz der Nichtdiskriminierung aus Gründen der Staatsangehörigkeit
beginsel van non-discriminatie op grond van de nationaliteit

gleiche Arbeit, gleicher Lohn | Grundsatz des gleichen Arbeitsentgelts | Grundsatz des gleichen Entgelts für Männer und Frauen bei gleicher Arbeit | Grundsatz des gleichen Entgelts für Männer und Frauen bei gleicher oder gleichwertiger Arbeit | Lohngleichheitsprinzip
beginsel van gelijk loon voor gelijk werk | beginsel van gelijke beloning | beginsel van gelijke beloning van mannelijke en vrouwelijke werknemers voor gelijke arbeid | beginsel van gelijke beloning van mannelijke en vrouwelijke werknemers voor gelijke of gelijkwaardige arbeid

Hintergrund
Achtergrond

Back-Office | Büro im Hintergrund
Back office | Ondersteuningsdienst

kontrastierender Hintergrund
contrasterende achtergrond

nationale Grundsätze ordnungsgemäßer Buchführung | nationale Grundsätze ordnungsmäßiger Rechnungslegung
nationale algemeen aanvaarde boekhoudbeginselen | nationale algemeen aanvaarde boekhoudprincipes

Grundsätze der Lehre Rudolf Steiners | Prinzipien der Anthroposophie | Grundsätze der Anthroposophie | Prinzipien der Lehre Rudolf Steiners
principes van Steiner | steinerprincipes

allgemeiner Grundsatz
algemeen principe

Grundsatz
beginsel

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

50. verweist vor dem Hintergrund der laufenden Überarbeitung der Europäischen Nachbarschaftspolitik darauf, dass die Union dem EUV zufolge besondere Beziehungen zu den Nachbarländern aufbauen soll, die auf den Werten der EU beruhen, zu denen auch die Menschenrechte und die Demokratie gehören; weist darauf hin, dass die EU infolge des Arabischen Frühlings von 2011 ihre Nachbarschaftspolitik auf der Grundlage des Grundsatzes „Mehr für mehr“ neu definiert hat, durch den demokratische Einrichtungen und die Förderung der Menschenrechte gestärkt werden sollen; betont, dass die Achtung der Menschenrechte und der demokratischen Grundsätze durch die zunehmenden Herausforderungen für die Nachbarschaft der EU in den vergangenen Jahren – wie die Ausbreitung von Instabilität und Konflikten im Nahen Osten und in Nordafrika, die Ausnutzung dieser Situationen durch extremistische und dschihadistische Gruppen und das Leiden der Menschen aufgrund der Aktionen Russlands – erheblich beeinträchtigt wurde;
50. herinnert er in verband met de lopende herziening van het Europees nabuurschapsbeleid aan dat het VEU bepaalt dat de EU bijzondere betrekkingen moet ontwikkelen met de naburige landen, stoelend op de waarden van de EU, waaronder eerbiediging van de mensenrechten en democratie; herinnert er eveneens aan dat de EU na de Arabische Lente in 2011 haar beleid ten aanzien van het nabuurschap heeft herzien op basis van het beginsel "meer voor meer", dat bedoeld is om de democratische instellingen en de bevordering van de mensenrechten te versterken; onderstreept dat de eerbiediging van de mensenrechten en de democratische beginselen ernstig aangetast is door de grote uitdagingen waarmee het Europees nabuurschap de laatste jaren is geconfronteerd, zoals de verspreiding van instabiliteit en conflict in het Midden-Oosten en Noord-Afrika, waar extremisten en jihadistische groeperingen misbruik maken van de situatie, alsook het menselijk lijden dat wordt veroorzaakt door het optreden van Rusland;

50. verweist vor dem Hintergrund der laufenden Überarbeitung der Europäischen Nachbarschaftspolitik darauf, dass die Union dem EUV zufolge besondere Beziehungen zu den Nachbarländern aufbauen soll, die auf den Werten der EU beruhen, zu denen auch die Menschenrechte und die Demokratie gehören ; weist darauf hin, dass die EU infolge des Arabischen Frühlings von 2011 ihre Nachbarschaftspolitik auf der Grundlage des Grundsatzes „Mehr für mehr“ neu definiert hat, durch den demokratische Einrichtungen und die Förderung der Menschenrechte gestärkt werden sollen; betont, dass die Achtung der Menschenrechte und der demokratischen Grundsätze durch die zunehmenden Herausforderungen für die Nachbarschaft der EU in den vergangenen Jahren – wie die Ausbreitung von Instabilität und Konflikten im Nahen Osten und in Nordafrika, die Ausnutzung dieser Situationen durch extremistische und dschihadistische Gruppen und das Leiden der Menschen aufgrund der Aktionen Russlands – erheblich beeinträchtigt wurde;
50. herinnert er in verband met de lopende herziening van het Europees nabuurschapsbeleid aan dat het VEU bepaalt dat de EU bijzondere betrekkingen moet ontwikkelen met de naburige landen, stoelend op de waarden van de EU, waaronder eerbiediging van de mensenrechten en democratie ; herinnert er eveneens aan dat de EU na de Arabische Lente in 2011 haar beleid ten aanzien van het nabuurschap heeft herzien op basis van het beginsel "meer voor meer", dat bedoeld is om de democratische instellingen en de bevordering van de mensenrechten te versterken; onderstreept dat de eerbiediging van de mensenrechten en de democratische beginselen ernstig aangetast is door de grote uitdagingen waarmee het Europees nabuurschap de laatste jaren is geconfronteerd, zoals de verspreiding van instabiliteit en conflict in het Midden-Oosten en Noord-Afrika, waar extremisten en jihadistische groeperingen misbruik maken van de situatie, alsook het menselijk lijden dat wordt veroorzaakt door het optreden van Rusland;

42. bekräftigt seine Unterstützung für die Souveränität, die territoriale Integrität und die politische Unabhängigkeit der Partnerländer; vertritt die Ansicht, dass die ENP zu diesen Grundsätzen einen Beitrag leisten und diese in der Praxis unterstützen sollte; betont, dass die uneingeschränkte Entwicklung der ENP durch eingefrorene oder langwierige Konflikte erschwert wird; bedauert in diesem Zusammenhang, dass seit der Einführung der ENP keine Erfolge bei der Lösung bestehender Konflikte erzielt wurden; verweist auf seinen Standpunkt, dass die Besetzung des Hoheitsgebiets eines Partnerlandes gegen die wesentlichen Grundsätze und Ziele der ENP verstößt; betont die Notwendigkeit, so schnell wie möglich eine friedliche Beilegung der eingefrorenen Konflikte auf der Grundlage der Normen und Grundsätze des Völkerrechts herbeizuführen; fordert die HR/VP auf, eine aktivere Rolle zu spielen und deutlich zu machen, dass die Vertiefung bilateraler Beziehungen an eine friedliche Konfliktlösung und die Einhaltung des Völkerrechts gekoppelt ist; betont vor diesem Hintergrund, wie wichtig die Verfolgung einer Grundsatzpolitik ist, in deren Rahmen die Rechenschaftspflicht für alle Verletzungen der Menschenrechte und des internationalen humanitären Völkerrechts gefördert und – insbesondere in diesem Zusammenhang – eine Messung mit zweierlei Maß vermieden wird;
42. herhaalt dat het de soevereiniteit, territoriale integriteit en politieke onafhankelijkheid van de partnerlanden steunt; is van mening dat het ENB in de praktijk moet bijdragen tot en bevorderlijk moet zijn voor deze beginselen; benadrukt dat bevroren of langdurige conflicten een belemmering vormen voor de volledige ontwikkeling van het ENB; betreurt dienaangaande dat sinds de start van het ENB een oplossing voor de bestaande conflicten nog geen stap dichterbij is gekomen; herinnert aan zijn standpunt dat bezetting van het grondgebied van een partnerland in strijd is met de fundamentele beginselen en doelstellingen van het ENB; benadrukt de noodzaak om zo spoedig mogelijk op basis van de normen en beginselen van het internationale recht te komen tot een vreedzame oplossing van de bevroren conflicten; verzoekt de VV/HV een actievere rol te spelen en duidelijk te maken dat het vreedzaam oplossen van conflicten en de naleving van het internationale recht voorwaarden zijn voor de verdieping van de bilaterale betrekkingen; onderstreept tegen deze achtergrond dat het belangrijk is om een principieel beleid te voeren waarin de verantwoordingsplicht voor alle schendingen van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht wordt bevorderd en, in het bijzonder op dit gebied, het meten met twee maten wordt vermeden;

41. bekräftigt seine Unterstützung für die Souveränität, die territoriale Integrität und die politische Unabhängigkeit der Partnerländer; vertritt die Ansicht, dass die ENP zu diesen Grundsätzen einen Beitrag leisten und diese in der Praxis unterstützen sollte; betont, dass die uneingeschränkte Entwicklung der ENP durch eingefrorene oder langwierige Konflikte erschwert wird; bedauert in diesem Zusammenhang, dass seit der Einführung der ENP keine Erfolge bei der Lösung bestehender Konflikte erzielt wurden; verweist auf seinen Standpunkt, dass die Besetzung des Hoheitsgebiets eines Partnerlandes gegen die wesentlichen Grundsätze und Ziele der ENP verstößt; betont die Notwendigkeit, so schnell wie möglich eine friedliche Beilegung der eingefrorenen Konflikte auf der Grundlage der Normen und Grundsätze des Völkerrechts herbeizuführen; fordert die HR/VP auf, eine aktivere Rolle zu spielen und deutlich zu machen, dass die Vertiefung bilateraler Beziehungen an eine friedliche Konfliktlösung und die Einhaltung des Völkerrechts gekoppelt ist; betont vor diesem Hintergrund, wie wichtig die Verfolgung einer Grundsatzpolitik ist, in deren Rahmen die Rechenschaftspflicht für alle Verletzungen der Menschenrechte und des internationalen humanitären Völkerrechts gefördert und – insbesondere in diesem Zusammenhang – eine Messung mit zweierlei Maß vermieden wird;
41. herhaalt dat het de soevereiniteit, territoriale integriteit en politieke onafhankelijkheid van de partnerlanden steunt; is van mening dat het ENB in de praktijk moet bijdragen tot en bevorderlijk moet zijn voor deze beginselen; benadrukt dat bevroren of langdurige conflicten een belemmering vormen voor de volledige ontwikkeling van het ENB; betreurt dienaangaande dat sinds de start van het ENB een oplossing voor de bestaande conflicten nog geen stap dichterbij is gekomen; herinnert aan zijn standpunt dat bezetting van het grondgebied van een partnerland in strijd is met de fundamentele beginselen en doelstellingen van het ENB; benadrukt de noodzaak om zo spoedig mogelijk op basis van de normen en beginselen van het internationale recht te komen tot een vreedzame oplossing van de bevroren conflicten; verzoekt de VV/HV een actievere rol te spelen en duidelijk te maken dat het vreedzaam oplossen van conflicten en de naleving van het internationale recht voorwaarden zijn voor de verdieping van de bilaterale betrekkingen; onderstreept tegen deze achtergrond dat het belangrijk is om een principieel beleid te voeren waarin de verantwoordingsplicht voor alle schendingen van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht wordt bevorderd en, in het bijzonder op dit gebied, het meten met twee maten wordt vermeden;

16. fordert, dass Sprach- und Integrationsprogramme in den Gastländern – ungeachtet des kulturellen Hintergrunds, der Fertigkeiten oder des beruflichen Einsatzgebiets der Einwanderer–Geschichte, Werte und Grundsätze der europäischen Demokratie, Rechtsstaatlichkeit und europäisches Geschichtsbewusstsein vermitteln und dabei die in der Charta der Grundrechte enthaltenen Rechte und anderen Grundsätze hervorheben und geschlechtsspezifische Stereotypen bekämpfen;
16. verlangt dat in het kader van taal- en integratieprogramma's - onafhankelijk van de historische en culturele achtergrond, de kwalificaties of het professionele expertisegebied van de immigrant - de geschiedenis, cultuur, waarden en beginselen van de Europese democratie, de rechtsstaatsregels en de Europese herinnering worden onderwezen, dat daarbij aandacht wordt besteed aan de rechten en andere beginselen die zijn vervat in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie en waarbij ook diepgewortelde genderstereotypen worden bestreden;

Die Politik der EU gegenüber der Maghreb-Region ergänzt und erweitert die Maßnahmen, die bereits im Rahmen der Partnerschaft für Demo­kratie und gemeinsamen Wohlstand vor dem Hintergrund des – auf dem Grundsatz der Differenzierung beruhenden – neuen Konzepts für die Europäische Nachbarschafts­politik vorgesehen sind.
De beleidsmaatregelen van de EU ten aanzien van de Maghreb vormen een aanvulling op en een uitbreiding van de maatregelen van het partnerschap voor democratie en gedeelde welvaart in het kader van de vernieuwde aanpak van het Europees nabuurschaps­beleid, die gebaseerd is op het differentiatiebeginsel.

Die neue Mitteilung geht auf umfangreiche öffentliche Konsultationen (siehe IP/08/24 , IP/08/1626 und IP/09/564 ) zurück und stützt sich auf die Grundsätze des Protokolls von Amsterdam zur Finanzierung des öffentlich-rechtlichen Rundfunks (siehe Abschnitt „Hintergrund“).
Deze nieuwe mededeling komt er na uitgebreide publieke raadplegingen (zie IP/08/24 , IP/08/1626 en IP/09/564 ). Zij bouwt ook voort op de basisbeginselen voor de financiering van de publieke omroep uit het Protocol van Amsterdam (zie verder onder het kopje Achtergrond).

Noch dazu wurde der Grundsatz makroökonomischer Auflagen nicht immer streng angewandt, falls die Zahlungsbeschlüsse vor dem Hintergrund von Dringlichkeitssituationen oder politischen Zwängen erfolgten.
Verder werd het met het beginsel van macro-economische conditionaliteit niet zo nauw genomen wanneer bij betalingsbesluiten rekening werd gehouden met urgenties en politieke knelpunten.

BEGRÜSST vor diesem Hintergrund die Mitteilung der Kommission über eine wirksame Problemlösung im Binnenmarkt ("SOLVIT") und BILLIGT die Empfehlung der Kommission vom 7. Dezember 2001 über Grundsätze zur Nutzung des SOLVIT-Netzes;
1. VERWELKOMT tegen deze achtergrond de Mededeling van de Commissie over effectieve probleemoplossing in de interne markt (SOLVIT) en ONDERSCHRIJFT de Aanbeveling van de Commissie van 7 december 2001 betreffende beginselen voor het gebruik van SOLVIT ;

Hintergrund Die Sache betrifft den im Süden von Paris gelegenen Flughafen Orly und die Anwendung von Artikel 8 Absatz 1 der Verordnung (EWG) Nr. 2408/92 des Rates vom 23. Juli 1992 über den Zugang von Luftfahrtunternehmen der Gemeinschaft zu Strecken des innergemeinschaftlichen Flugverkehrs. In dieser Verordnung wird der Grundsatz festlegt, daß "den Luftfahrtunternehmen der Gemeinschaft von den betroffenen Mitgliedstaaten die Genehmigung erteilt wird, Verkehrsrechte auf Strecken in der Gemeinschaft auszuüben".
Achtergrond Het gaat hier om de luchthaven Orly ten Zuiden van Parijs en de toepassing van artikel 8, lid 1 van Verordening 2408\92 betreffende "de toegang van communautaire luchtvaartmaatschappijen tot intracommunautaire luchtroutes" die het beginsel invoert dat "door de betrokken Lid-Staten aan communautaire luchtvaartmaatschappijen wordt toegestaan om vervoersrechten op routes in de Gemeenschap uit te oefenen".