Dem zweiten Klagegrund zufolge wird gegen die Handels- und Gewerbefreiheit verstossen, indem der Dekretgeber in Artik
el 2bis 2 1° b) des neuen Düngemitteldekrets in einschränkender Weise festlegt, welche Gesellschaftsformen als Familienviehzüchtereien in Frage kommen, so dass insbesondere die Aktiengesellschaften ausgeschlossen würden, und indem der Dekretgeber in Artikel 2bis 2 5° vorschreibt, dass der Betrieb 100 Prozent des Eigentumstitels am beweglichen Kapital und am von der Bestimmung her unbeweglichen Kapital besitzen muss, so wie
die Eigentumstitel oder die Pacht ...[+++] der Gebäude, so dass den Familienviehzüchtereien de facto ein Verbot des Leasings und der Miete der Betriebsausrüstung auferlegt werden würde.Volgens het tweede middel wordt de vrijheid van handel en nijverheid geschonden doordat de decreetgever in artikel 2bis, 2, 1°, b), van het Nieuwe Mestdecreet op limitatieve wijze bepaalt welke vormen van vennootschap in aanmerking komen als gezinsveete
eltbedrijf, waarbij meer bepaald de naamloze vennootschappen uitgesloten zijn, en doordat de decreetgever in artikel 2bis, 2, 5°, voorschrijft dat het bedrijf 100 pct. van de eigendomstitel op het roerend kapitaal en het kapitaal onroerend door bestemming
in zijn bezit moet hebben alsook de eigendoms ...[+++]titel of de pacht van de gebouwen, waarbij de facto een verbod tot leasing en huur van bedrijfsuitrusting wordt opgelegd aan de gezinsveeteeltbedrijven.