Vertaling van "haine bäume " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Bäume auslichten | Bäume beschneiden | Bäume kappen | Bäume stutzen
bomen snoeien

Ko-Baum | komplementärer Baum
co-boom

Hainrispe | Hainrispengras | Hain-Rispengras
bosbeemdgras | schaduwgras

Zwischeneinzugsgebiet Haine
onderbekken Zenne

hochstämmiger Baum
hoogstammige boom

niederstämmiger Baum
laagstammige boom

Bäume fällen, um den öffentlichen Zugang zu ermöglichen
bomen kappen om openbare toegang vrij te maken

Bäume pflanzen
bomen planten

Baum
boom

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

"2°/2 In Gruppen stehenden Haine und Bäume: die in Gruppen stehenden Haine und Bäume, deren Baumkronen sich überlagern und ein geschlossenes Kronendach bilden und die aus größtenteils einheimischen holzartigen Pflanzen, entweder Bäume oder Sträucher, bestehen, die mehr als zehn Meter breit sind und eine Fläche von einem bis dreißig Ar bedecken; ";
"2°/2 bosjes en bomen in groep: bosjes en bomen in groep waarvan de kruinen elkaar overlappen en een schutbos vormen, samengesteld uit voornamelijk inheemse houtplanten, hetzij bomen, bosjes of struiken, van meer dan tien meter breed, die een oppervlakte van één tot tien aren bedekt; ";

4° die in Gruppen oder in Reihen stehenden Haine und Bäume: die Baumgruppen im Sinne von Artikel 45 § 4 Buchstabe d) der Verordnung Nr. 639/2014, deren Fläche aus holzartigen Pflanzen, entweder Bäume, Büsche oder Sträucher, bestehen, die mehr als zehn Meter breit sind und eine Fläche von einem bis dreißig Ar bedecken;
4° bosjes en bomen in groep: de bomen in groep in de zin van artikel 45, § 4, d), van verordening nr. 639/2014, waarvan de oppervlakte uit houtplanten samengesteld is, hetzij bomen, bosjes of struiken, van meer dan tien meter breed, die een oppervlakte van één tot dertig aren bedekt;

"11°/1 Landschaftsmerkmale: die Landschaft strukturierende Elemente, worunter Hecken, Tümpel, Gräben, Baumreihen, -gruppen oder alleinstehende Bäume, Haine, Hänge und Feldränder; ".
"11°/1 de topografische bijzonderheden: de elementen die het landschap structureren waaronder de hagen, de poelen, de grachten, de bomen in rijen, in groep of alleenstaand, de bosjes, de taluds en de weideranden

5° die kleinen Elemente des Lebensraums, wie Haine, Hecken, alleinstehende Bäume, Büsche und Flächen zwischen dem Ufer des Wasserlaufes und der Parzelle;
5° kleine elementen van de habitat zoals bosjes, heggen, alleenstaande bomen, struiken en de ruimte tussen de oever van de waterlopen en het perceel;

c) einheimische Büsche und Sträucher von Laubbaumarten, die in einer Entfernung von mehr als 10 Metern befinden von jeglichem anderen Baum oder Hain oder jeglicher Hecke oder Baumhecke stehen, der bzw. die eine Höhe von mehr als 1,5 Meter aufweist;
c) bosjes en struiken van een inheemse loofsoort gelegen op meer dan 10 meter van elke andere boom, heg, bosstrook of bosje, met een hoogte van meer dan 1,5 meter;

Artikel 1 - Die betroffenen Bestandteile des ökologischen Netzes und der Landschaft sind die Hecken, die Baumhecken, die alleinstehenden Bäume, Sträucher, Büsche und Haine, die hochstämmigen Obstbäume und die Tümpel.
Artikel 1. De betrokken elementen van het ecologisch netwerk en het landschap zijn heggen, bosstroken, alleenstaande bomen, struiken of bosjes, hoogstammige vruchtbomen, en poelen.

b) alleinstehende tote oder lebende einheimische Laubbäume, die in einer Entfernung von mehr als 10 Metern von jeglichem anderen Baum oder Hain oder jeglicher Hecke oder Baumhecke stehen, die einen Umfang von mindestens 40 cm, gemessen auf einer Höhe von 1 m 30, aufweisen;
b) alleenstaande bomen, dood of levend, van een inheemse loofsoort, gelegen op meer dan 10 meter van elke andere boom, heg, bosstrook of bosje, waarvan de omtrek van de stam, gemeten op een hoogte van 1,30 meter, gelijk is aan 40 centimeter of meer;

b) Untermethode 1.b: Alleinstehende Bäume, Sträucher, Büsche und Haine, hochstämmige Obstbäume;
b) Submethode 1.b : alleenstaande bomen, struiken en bosjes, hoogstammige vruchtbomen;