Vertaling van "genannte ' einheitsgesetz " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

anderweitig nicht angeführt | anderweitig nicht genannt | nicht anderweitig genannt | nicht näher bestimmt | ohne nähere Angabe | A.N.A. [Abbr.] | A.N.G. [Abbr.] | ANG [Abbr.] | N.A.G. [Abbr.] | n.n.b. [Abbr.] | ONA [Abbr.]
elders niet genoemd | niet afzonderlijk genoemd | niet elders genoemd | e.n.g. [Abbr.] | n.a.g.i. [Abbr.] | n.e.g. [Abbr.]

anderweitig nicht genannt | nicht anderweitig genannt | a.n.g. [Abbr.] | n.a.g. [Abbr.]
N.E.G | niet elders genoemd

monatliche Zuschläge (im Fachjargon Reports genannt)
maandelijkse verhoging, staffel

Handwerks- und verwandte Berufe, anderweitig nicht genannt
Ambachtslieden, niet elders geclassificeerd

Berufe im Bereich personenbezogener Dienstleistungen, anderweitig nicht genannt
Verleners van persoonlijke diensten, niet elders geclassificeerd

Betreuungsberufe im Gesundheitswesen, anderweitig nicht genannt
Verzorgend personeel in de gezondheidszorg, niet elders geclassificeerd

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Artikel 115 des Gesetzes vom 14. Februar 1961 über den Wirtschaftsaufschwung, den sozialen Fortschritt und die Sanierung der Finanzen (das so genannte ' Einheitsgesetz '), mit dem der Grundsatz der Gewährung der Pension im öffentlichen Sektor im Alter von 65 Jahren für alle Beamten, die nach dem 31. Dezember 1960 den Dienst angetreten hatten, verallgemeinert wurde, sah in Absatz 4 und in Abweichung von der allgemeinen Regel vor, dass das Fahrpersonal der NGBE ab 60 Jahren in den Ruhestand treten konnte.
Artikel 115 van de wet van 14 februari 1961 op de economische expansie, de sociale vooruitgang en het financieel herstel (' eenheidswet ' genoemd), dat het principe veralgemeende van de toekenning van het pensioen in de overheidssector op de leeftijd van 65 jaar voor alle beambten die na 31 december 1960 in dienst traden, liet, in zijn vierde lid, en in afwijking van de algemene regel, toe dat het rollend personeel van de NMBS vanaf 60 jaar op pensioen kon gesteld worden.

« Mit Artikel 115 Absatz 1 des Gesetzes vom 14. Februar 1961 über den Wirtschaftsaufschwung, den sozialen Fortschritt und die Sanierung der Finanzen (das so genannte ' Einheitsgesetz ') wurde der Grundsatz der Gewährung der Pension im Alter von 65 Jahren für alle Inhaber von Zivilämtern, die von öffentlichen Behörden und von den verschiedenen dezentralisierten öffentlichen Einrichtungen, die unter der Aufsicht des Staates, der Provinzen oder der Gemeinden stehen, abhängen, verallgemeinert.
« Artikel 115, eerste lid, van de wet van 14 februari 1961 voor economische expansie, sociale vooruitgang en financieel herstel (de zogenaamde ' Eenheidswet ') heeft het principe van de toekenning van het pensioen op de leeftijd van 65 jaar veralgemeend voor alle titularissen van burgerlijke ambten die afhangen van de openbare machten en van de verschillende gedecentraliseerde openbare instellingen die onder de voogdij van de Staat, de provincies of de gemeenten staan.