Traduction de « kontinuierliche messungen » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

kontinuierliche Veränderung (nom féminin) | kontinuierliche Verbesserung (nom féminin)
continue procesverbetering (nom féminin) | continuous process improvement (nom)

kontinuierliche Beschickung | kontinuierliche Zugabe | kontinuierlicher Einsatz
continu chargeren | continu inzetten | continu toevoeren

Abschluß der Messungen | Beschliessung der Messungen
stopzetten van de metingen

Internationale Kommission für radiologische Einheiten und Messungen | Internationale Kommission für Strahlungseinheiten und -messung | Internationale Kommission für Strahlungseinheiten und -messungen | ICRU [Abbr.]
Internationale Commissie voor stralingseenheden en -metingen | ICRU [Abbr.]

Internationale Kommission für Radiologische Einheiten und Messungen
International Committee on Radiation Units

Demingkreis (nom masculin) | Deming-Rad (nom neutre) | PDCA-Zyklus (nom masculin) | Plan-Do-Check-Act-Zyklus (nom masculin) | Zyklus kontinuierlicher Verbesserungen (nom masculin)
cyclus van voortdurende verbeteringen (nom masculin) | Demingcirkel (nom masculin) | PDCA-cyclus (nom masculin) | plan-do-check-act-cyclus (nom masculin)

kontinuierlich | dauernd
continu | voortdurend

kontinuierlich
aanhoudend

kontinuierlicher Plan
glijdend plan

Messungen evozierter Potenziale interpretieren
gegevens van opgeroepen reacties interpreteren

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

6. Als Alternative zu den regelmäßigen Messungen gemäß Nummer 1 können die Mitgliedstaaten kontinuierliche Messungen vorschreiben.
6. Als alternatief voor de in punt 1 bedoelde periodieke metingen mogen lidstaten continue metingen voorschrijven.

2.5. Die zuständige Behörde kann beschliessen, auf kontinuierliche Messungen von HCl, HF und SO in Abfallverbrennungsanlagen oder Abfallmitverbrennungsanlagen zu verzichten und regelmässige Messungen gemäss Punkt 2.1 c) oder keine Messung vorzuschreiben, wenn der Betreiber nachweisen kann, dass die Emissionen dieser Schadstoffe unter keinen Umständen höher sein können als die festgelegten Emissionsgrenzwerte.
2.5. De bevoegde autoriteit kan oordelen dat in afvalverbrandings- of meeverbrandingsinstallaties geen continumetingen van HCl, HF en SO dienen te worden uitgevoerd, maar wel periodieke metingen als bepaald in punt 2, onder c), of dat geen metingen moeten worden verricht indien de exploitant kan aantonen dat de emissies van genoemde verontreinigende stoffen in geen geval hoger kunnen zijn dan de vastgestelde emissiegrenswaarden

Die zuständige Behörde kann beschliessen, bei bestehenden Abfallverbrennungsanlagen mit einer Nennkapazität von weniger als sechs Tonnen pro Stunde oder bestehenden Abfallmitverbrennungsanlagen mit einer Nennkapazität von weniger als sechs Tonnen pro Stunde auf kontinuierliche Messungen von NOx zu verzichten und regelmässige Messungen gemäss Punkt 2.1 c) vorzuschreiben, wenn der Betreiber auf der Grundlage von Angaben über die Beschaffenheit der betreffenden Abfälle, die eingesetzten Techniken und die Ergebnisse der Emissionsüberwachung nachweisen kann, dass die NOx-Emissionen unter keinen Umständen höher sein können als der vorgeschriebene Emissionsgrenzwert.
De bevoegde autoriteit kan besluiten dat het in bestaande installaties met een nominale capaciteit van minder dan 6 t per uur niet nodig is continumetingen voor NOx uit te voeren, maar wel periodieke metingen als bedoeld in punt 2.1, onder c), indien de exploitant aan de hand van informatie betreffende de kwaliteit van het betrokken afval, de gebruikte technologieën en de resultaten van de emissiemonitoring kan aantonen dat de uitstoot van NOx in geen geval de vastgestelde emissiegrenswaarden kan overschrijden.

1. Im Falle kontinuierlicher Messungen gelten die in den Teilen 1 und 2 aufgeführten Emissionsgrenzwerte als eingehalten, wenn die Auswertung der Messergebnisse für die Betriebsstunden innerhalb eines Kalenderjahres ergibt, dass alle nachstehenden Bedingungen erfüllt sind:
1. Bij continumetingen worden de in de delen 1 en 2 bedoelde emissiegrenswaarden geacht te zijn nageleefd, indien uit de evaluatie van de meetresultaten voor de bedrijfsduur tijdens een kalenderjaar blijkt dat aan alle volgende voorwaarden is voldaan :

2.5 Die zuständige Behörde kann beschließen, auf kontinuierliche Messungen von HCI, HF und SO2 in Abfallverbrennungs- oder Abfallmitverbrennungsanlagen zu verzichten und regelmäßige Messungen gemäß Nummer 2.1 Buchstabe c vorzuschreiben, wenn der Betreiber nachweisen kann, dass die Emissionen dieser Schadstoffe unter keinen Umständen höher sein können als die festgelegten Emissionsgrenzwerte.
2.5. De bevoegde autoriteit kan oordelen dat in afvalverbrandings- of meeverbrandingsinstallaties geen continumetingen van HCl, HF en SO2 dienen te worden uitgevoerd, maar wel periodieke metingen als bepaald in lid 2.1, onder c), indien de exploitant kan aantonen dat de emissies van genoemde verontreinigende stoffen in geen geval hoger kunnen zijn dan de vastgestelde emissiegrenswaarden.

2.5. Die zuständige Behörde kann beschließen, auf kontinuierliche Messungen von HCI, HF und SO2 in Abfallverbrennungs- oder Abfallmitverbrennungsanlagen zu verzichten und regelmäßige Messungen gemäß Nummer 2.1 Buchstabe c vorzuschreiben, wenn der Betreiber nachweisen kann, dass die Emissionen dieser Schadstoffe unter keinen Umständen höher sein können als die festgelegten Emissionsgrenzwerte.
2.5. De bevoegde autoriteit kan oordelen dat in afvalverbrandings- of -meeverbrandingsinstallaties geen continumetingen van HCl, HF en SO2 dienen te worden uitgevoerd, maar wel periodieke metingen als bepaald in lid 2.1, onder c), indien de exploitant kan aantonen dat de emissies van genoemde verontreinigende stoffen in geen geval hoger kunnen zijn dan de vastgestelde emissiegrenswaarden.

2.5. Die zuständige Behörde kann beschließen, auf kontinuierliche Messungen von HCI, HF und SO2 in Abfallverbrennungs- oder Abfallmitverbrennungsanlagen zu verzichten und regelmäßige Messungen gemäß Nummer 2.1 Buchstabe (c) oder keine Messung vorzuschreiben, wenn der Betreiber nachweisen kann, dass die Emissionen dieser Schadstoffe unter keinen Umständen höher sein können als die festgelegten Emissionsgrenzwerte.
2.5. De bevoegde autoriteit kan oordelen dat in afval verbrandings- of - meeverbrandingsinstallaties geen continumetingen van HCl, HF en SO2 dienen te worden uitgevoerd, maar wel periodieke metingen als bepaald in lid 2, onder c), of dat geen metingen moeten worden verricht indien de exploitant kan aantonen dat de emissies van genoemde verontreinigende stoffen in geen geval hoger kunnen zijn dan de vastgestelde emissiegrenswaarden.

Die zuständige Behörde kann beschließen, bei bestehenden Abfallverbrennungsanlagen mit einer Nennkapazität von weniger als 6 Tonnen pro Stunde oder bestehenden Abfallmitverbrennungsanlagen mit einer Nennkapazität von weniger als 6 Tonnen pro Stunde auf kontinuierliche Messungen von NOx zu verzichten und regelmäßige Messungen gemäß Numer 2.1 Buchstabe c) vorzuschreiben, wenn der Betreiber auf der Grundlage von Angaben über die Beschaffenheit der betreffenden Abfälle, die eingesetzten Techniken und die Ergebnisse der Emissionsüberwachung nachweisen kann, dass die NOx-Emissionen unter keinen Umständen höher sein können als der vorgeschriebene Emissionsgrenzwert.
De bevoegde instantie kan besluiten dat het in bestaande installaties met een nominale capaciteit van minder dan 6 ton per uur niet nodig is continumetingen voor NOx uit te voeren, maar wel periodieke metingen als bedoeld in punt 2.1, onder c), indien de exploitant aan de hand van informatie betreffende de kwaliteit van het betrokken afval, de gebruikte technologieën en de resultaten van de emissiemonitoring kan aantonen dat de uitstoot van NOx in geen geval de vastgestelde emissiegrenswaarden kan overschrijden.

- die spezifizierte Unsicherheit der Geräte für kontinuierliche Messungen,
- de gespecificeerde onzekerheid van apparatuur voor continue meting;

In Abweichung können jedoch bei Partikeln und Blei Stichprobenmessungen anstelle von kontinuierlichen Messungen durchführt werden, wenn es nachgewiesen werden können, dass die Genauigkeit mit einem Vertrauensbereich von 95% in bezug auf kontinuierliche Messungen bei 10% liegt.
In afwijking kunnen steekproefsgewijze metingen in plaats van continumetingen verricht worden voor deeltjes en lood als kan worden bewezen dat de beslissing betreffende de betrouwbaarheidsinterval van 95 % wat betreft het continutoezicht niet 10 % bereikt.