(2) Die Zollbehörden erlauben das Verbringen oder den Umschlag von Sendungen von Futtermitteln und Lebensmitteln tierischen Ursprungs sowie von in Artikel 15 Absatz 5 genannten Futtermitteln und Lebensmitteln in Freizonen oder Freilagern nur mit Zustimmung der zuständigen Behörde.
2. Met betrekking tot zendingen van diervoeders en levensmiddelen van dierlijke oorsprong en van diervoeders en levensmiddelen als bedoeld in artikel 15, lid 5, staan de douanediensten alleen met toestemming van de bevoegde autoriteit toe dat zij in vrije zones of vrije entrepots binnengebracht of behandeld worden.