Der gute Zustand wird darüber hinaus in einem umfassenden Anhang behandelt: zum Salzgehalt heißt es, dass dieser keine Höhe erreichen darf, in der die Funktionsweise eine typspezifischen Ökosystems nicht mehr aufrechterhalten werden kann (Anhang V; 1.2.1).
Een hoge status behelst dat er bij een typespecifiek ecosysteem geheel of vrijwel geheel sprake is van ongestoorde omstandigheden. Het begrip “goede status” wordt verder uitgewerkt in een allesomvattende bijlage: wat het zoutgehalte betreft wordt gesteld dat het zoutgehalte niet dusdanig mag oplopen dat de werking van het typespecifiek ecosysteem niet meer kan worden gegarandeerd (bijlage V, 1.2.1).