Vertaling van "flüssigen gasförmigen " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

mit gasförmigen Brennstoffen beschickter Warmwasserheizkessel
gasgestookte centrale verwarmingsketel

Umwandlung vom gasförmigen Zustand in Partikel
gas-deeltjes-omzetting

mit flüssigen Brennstoffen beschickter Warmwasserheizkessel
oliegestookte centrale verwarmingsketel

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

(15) „Brennstoff“ alle festen, flüssigen oder gasförmigen brennbaren Stoffe (zu denen auch Kraftstoffe zählen);
15) "brandstof": elke vaste, vloeibare of gasvormige brandbare stof;

(16) „Raffineriebrennstoff“ alle festen, flüssigen oder gasförmigen brennbaren Stoffe aus den Destillations- und Konversionsstufen der Rohölraffinierung, einschließlich Raffineriebrenngas, Synthesegas, Raffinerieöle und Petrolkoks;
16) "raffinaderijbrandstof": een vaste, vloeibare of gasvormige brandbare stof, afkomstig uit de distillatie en de omzettingsstappen bij de raffinage van ruwe olie, met inbegrip van raffinaderijgas, syngas, geraffineerde oliën en petroleumcokes;

Alle Emissionsgrenzwerte in diesem Anhang sind definiert für eine Temperatur von 273,15 K, einen Druck von 101,3 kPa und nach Abzug des Wasserdampfgehalts des Abgases sowie für einen Bezugs-O2 -Gehalt von 6 % bei mit festen Brennstoffen betriebenen mittelgroßen Feuerungsanlagen, 3 % bei mit flüssigen und gasförmigen Brennstoffen betriebenen mittelgroßen Feuerungsanlagen mit Ausnahme von Motoren und Gasturbinen und 15 % bei Motoren und Gasturbinen.
Alle in deze bijlage opgenomen emissiegrenswaarden zijn vastgesteld bij een temperatuur van 273,15 K, een druk van 101,3 kPa en na correctie voor het waterdampgehalte van de afgassen en bij een gestandaardiseerd O2 -gehalte van 6 % voor middelgrote stookinstallaties op vaste brandstoffen, 3 % voor middelgrote stookinstallaties, andere dan motoren en gasturbines, op vloeibare en gasvormige brandstoffen, en 15 % voor motoren en gasturbines.

(4) ) Bis zum 1. Januar 2025 in kleinen isolierten Netzen und isolierten Kleinstnetzen 1850 mg/Nm3 bei Zweistoffmotoren im Betrieb mit flüssigen Brennstoffen und 380 mg/Nm im Betrieb mit gasförmigen Brennstoffen; 1300 mg/Nm³ bei Dieselmotoren mit ≤ 1200 U/min mit einer Gesamtfeuerungswärmeleistung von höchstens 20 MW und 1850 mg/Nm³ bei Dieselmotoren mit einer Gesamtfeuerungswärmeleistung von mehr als 20 MW; 750 mg/Nm³ bei Dieselmotoren mit > 1200 U/min.
(4) ) Tot 1 januari 2025 in SIS en MIS, 1850 mg/Nm voor dual-fuelmotoren in de vloeibarebrandstofmodus en 380 mg/Nm in de gasmodus; 1 300 mg/Nm³ voor dieselmotoren met ≤ 1 200 omw./min. met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 20 MW of minder; en 1 850 mg/Nm³ voor dieselmotoren met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van meer dan 20 MW; 750 mg/Nm³ voor dieselmotoren met > 1200 omw./min.

Falls dieser Unternehmer nicht über die Zulassung für Erdgas verfügt (Label CERGA), müssen diese Anlagen von einer für die Kontrolle der erdgasbetriebenen Innenanlagen zugelassenen Stelle abgenommen werden. 2° die Anlage muss ein Einfach- oder Doppel-Kondensationserdgaskessel mit CE-Kennzeichnung gemäß dem Königlichen Erlass vom 18. März 1997 über die Wirkungsgradanforderungen für neue Warmwasserkessel, die mit flüssigen oder gasförmigen Brennstoffen betrieben werden, oder gemäß dem Königlichen Erlass vom 11. März 1988 über die Anforderungen im Bereich der rationellen Energienutzung, die Wärmeerzeuger erfüllen müssen, oder ein Kondensationslufterzeuger sein.
Voor zover de aannemer niet over de vergunning aardgas (label CERGA) beschikt, moeten de installaties opgeleverd worden door een orgaan dat geaccrediteerd is om controle te voeren op de aardgasbinneninstallaties; 2° de installatie is een aardgasketel, eenvoudige of dubbele dienst, met condensor gelabeld EG, overeenkomstig het koninklijk besluit van 18 maart 1997 betreffende de rendementseisen voor nieuwe olie- en gasgestookte centrale-verwarmingsketels, of het koninklijk besluit van 11 maart 1988 betreffende de vereisten inzake rationeel energieverbruik waaraan de verwarmingstoestellen moeten voldoen.

" Die Diagnose bezüglich der Zentralheizungsanlagen mit einer Nennwärmeleistung von höchstens 100 kW, die mit einem Wärmeerzeuger ausgerüstet und die mit flüssigen oder gasförmigen Brennstoffen befeuert werden, wird eingehende Diagnose des Typs I genannt.
« De diagnose betreffende de centrale verwarmingsinstallaties met een nuttig nominaal vermogen van 100 kW of minder, uitgerust met één enkele warmtegenerator en bevoorraad met vloeibare of gasachtige brandstoffen, wordt omstandige diagnose van het type I genoemd.

3° in Punkt 15° wird das Wort " Heizungskontrollschein" durch die Wörter " Kontrollschein für die Heizung, flüssigen Brennstoffe, gasförmigen Brennstoffe oder eingehende Diagnose" ersetzt;
3° punt 15° wordt gewijzigd als volgt : « elke natuurlijke persoon erkend inzake vloeibare brandstoffen, gasachtige brandstoffen of omstandige diagnose, overeenkomstig artikel 20; »;

Laut Artikel 2 des vorerwähnten Gesetzes vom 28. Dezember 1964 versteht man unter ' Luftverschmutzung ' ' jedes Ausströmen in die Luft von gasförmigen, flüssigen oder festen Stoffen, die die menschliche Gesundheit gefährden, den Tieren und Pflanzen schaden oder Güter und Landschaften beschädigen können, ungeachtet ihres Ursprungs '.
Luidens artikel 2 van de voormelde wet van 28 december 1964 wordt onder ' luchtverontreiniging ' verstaan ' het in de lucht lozen, ongeacht de oorsprong van gassen, vloeistoffen of vaste stoffen, die de gezondheid van de mens kunnen aantasten, nadelig kunnen zijn voor dieren en planten of schade kunnen toebrengen aan goederen en aan stads- en natuurschoon '.

iii) erneuerbaren flüssigen oder gasförmigen Brennstoffen nicht biologischer Herkunf t Biokraftstoffen, die aus den in Anhang IX Teil C aufgeführten Rohstoffen hergestellt werden, wird mit dem Vierfachen ihres Energiegehalts angesetzt.
iii) hernieuwbare vloeibare en gasvormige brandstoffen van niet-biologische oorsprong biobrandstoffen, geproduceerd uit de in deel C van bijlage IX genoemde grondstoffen, wordt geacht vier keer hun energie-inhoud te zijn.

Wärmepumpen, die nicht elektrisch angetrieben werden, verwenden für den Antrieb des Kompressors entweder flüssigen oder gasförmigen Kraftstoff oder arbeiten nach einem Adsorptions- bzw. Absorptionsverfahren (angetrieben durch die Verbrennung flüssigen oder gasförmigen Kraftstoffs oder durch die Nutzung geothermischer/solarthermischer Energie oder Abwärme). Sie erzeugen Energie aus erneuerbaren Quellen, solange das jahreszeitbedingte Primärenergieverhältnis im Aktiv-Modus (SPERnet) 115 % beträgt oder über diesem Wert liegt (7).
Warmtepompen die geen elektriciteit gebruiken, gebruiken ofwel vloeibare of gasvormige brandstof om de compressor aan te drijven, of werken volgens een ad-/absorptieproces (aangedreven door de verbranding van vloeibare of gasvormige brandstof of door gebruikmaking van geothermische energie, thermische zonne-energie of afvalwarmte) en leveren hernieuwbare energie zolang de „netto seizoensgebonden primaire energieverhouding van de actieve modus” (SPERnet) 115 % van die waarde of meer bedraagt (7).