2. Ein Mitgliedstaat darf Vorsc
hriften, die seines Erachtens den Vorschriften einer
anerkannten Organisation gleichwertig sind, nur dann zugrunde l
egen, wenn er diese Vorschriften in Übereinstimmung mit der Richtlinie 98/34/EG umgehend der Kommission und den anderen Mitgliedstaaten mitteilt und sofern die anderen Mitgliedstaaten oder die Kommission keine Einwände gegen diese Vorschriften erheben und sie nicht nach dem in Artikel 9 Absatz 2 dieser Richtlinie genannten
Verfahren ...[+++]als nicht gleichwertig eingestuft werden.
2. Een lidstaat kan besluiten voorschriften toe te passen die hij gelijkwaardig acht met die van een erkende organisatie, op voorwaarde echter dat hij daarvan, volgens de procedure van Richtlijn 98/34/EG onverwijld kennis geeft aan de Commissie en aan de andere lidstaten, en dat andere lidstaten of de Commissie zich daar niet tegen verzetten en de betrokken voorschriften niet volgens de in artikel 9, lid 2, van deze richtlijn bedoelde procedure ongelijkwaardig zijn bevonden.