Vertaling van "energieeffizienz veränderungen des energiemix erfolgreich verringert " (Duits → Nederlands) :

die Treibhausgasemissionen sollen um mindestens 20 % verringert, der Anteil der erneuerbaren Energien am Energiemix um 20 % erhöht und die Energieeffizienz um 20 % gesteigert werden.
de uitstoot van broeikasgassen moet verminderen met 20 %, het aandeel hernieuwbare energie moet opgevoerd worden tot 20 % en de energie-efficiëntie dient met 20 % te verbeteren.

14. stellt fest, dass sich die Auswirkungen des Ölpreisanstiegs je nach Wirtschaftszweig beträchtlich voneinander unterscheiden, wobei der Verkehrssektor, auf den 56 % des gesamten Ölverbrauchs der Europäischen Union entfallen, und der Wohnungssektor am stärksten betroffen sind, während andere Branchen ihre Ölabhängigkeit durch Verbesserungen ihrer Energieeffizienz und Veränderungen des Energiemix erfolgreich verringert haben; betont, dass der Verkehrs- und der Wohnungssektor die größten Ausgabenposten der Haushalte darstellen und dass der Ölpreisanstieg die Kaufkraftunterschiede zu Ungunsten der am schlechtesten gestellten Haushalte weiter vergrößert;
14. merkt op dat de gevolgen van de olieprijsstijging aanzienlijk verschillen per sector, waarbij de transportsector, die 56% van de totale olieconsumptie in de EU voor zijn rekening neemt, en de huisvestingsector de sectoren zijn die het meest zijn getroffen, terwijl andere sectoren er met succes in zijn geslaagd om hun olieafhankelijkheid te verminderen door middel van verbeteringen op het gebied van energie-efficiëntie en wijziging van het brandstofmengsel; onderstreept dat de belangrijkste uitgavenposten van huishoudens vallen in de twee sectoren van vervoer en huisvesting en dat olieprijsstijgingen koopkrachtverschillen vergroten ten nadele van de huishoudens met de laagste inkomens;

43. weist darauf hin, dass die Energie, die nicht verbraucht wird, immer noch die günstigste Energie ist; betont in diesem Zusammenhang, dass eine größere Energieeffizienz als einer der Eckpfeiler der Klima- und Energiepolitik der EU angesehen werden sollte; ist überzeugt, dass Energieeffizienz nicht nur dazu beiträgt, dass Ressourcen erhalten bleiben, die Energiekosten, die Abhängigkeit von importierten Brennstoffen, Handelsdefizite und die Folgen für die Gesundheit verringert werden und die Wettbewerbsfähigkeit der EU-Wirtschaft langfristig zunimmt, sondern auch dazu, dass die Treibhausgasemissionen der EU reduziert werden; weist darauf hin, dass die Erschließung des Potenzials der EU für kostenwirksame Energieeinsparungen von 40 % zu einer Senkung der Treibhausgasemissionen um mindestens 50 % bis 2030 und zu einer Erhöhung des Anteils erneuerbaren Energiequellen am Energiemix auf 35 % führen würde; fordert die Mitgliedstaaten auf, die Richtlinie über die Energieeffizienz und die Richtlinie über die Gesamtenergieeffizienz von Gebäuden rasch und uneingeschränkt umzusetzen; betont, dass das Potenzial jedes einzelnen Wirtschaftszweigs und die jeweilige wirtschaftliche Lage bei der Gestaltung neuer Energieeffizienzstrategien berücksichtigt werden müssen und dass beim Übergang zu mehr Energieeffizienz der Schwerpunkt auf der gesamten Energieversorgungs- und -nachfragekette, einschließlich Umwandlung, Übertragung, Verteilung und Versorgung, sowie auf dem Energieverbrauch in der Wirtschaft und von Gebäuden und Privathaushalten liegen sollte; erkennt die Vorteile von Kampagnen zur Sensibilisierung für Energieeffizienzfragen an;
43. wijst erop dat de goedkoopste energie die energie is die nooit wordt gebruikt; benadrukt in dit verband dat meer energie-efficiëntie als een hoeksteen van het EU-klimaat- en energiebeleid moet worden beschouwd; is ervan overtuigd dat energie-efficiëntie bijdraagt tot het behoud van hulpbronnen, het verlagen van de energiefactuur, minder afhankelijkheid van ingevoerde brandstoffen voor energie, lagere handelstekorten en minder gevolgen voor de gezondheid, en tevens het internationale concurrentievermogen van de Europese economie op lange termijn verbetert en de uitstoot van broeikasgassen in de EU helpt verminderen; wijst erop dat uit onderzoek blijkt dat de verwezenlijking van het kosteneffectieve energiebesparingspotentieel van de EU, dat 40 % bedraagt, de uitstoot van broeikasgassen met ten minste 50 % zou verminderen tegen 2030 en het aandeel van hernieuwbare energie in de energiemix tot 35 % zou doen oplopen; dringt er bij de lidstaten op aan de richtlijn inzake energie-efficiëntie en de richtlijn over de energieprestatie van gebouwen onverwijld en volledig ten uitvoer te leggen; benadrukt dat bij de ontwikkeling van nieuw beleid inzake energie-efficiëntie het potentieel van elke economische sector en elke economische situatie in aanmerking moeten worden genomen, en dat het streven naar een betere energie-efficiëntie gepaard moet gaan met een sterke focus op de hele vraag- en aanbodketen voor energie, waaronder transformatie, transmissie, distributie en voorziening, alsook het energieverbruik van de industrie, de bouwsector, huishoudens en de transportsector; onderkent de voordelen van bewustmakingscampagnes inzake energie-efficiëntie;

41. weist darauf hin, dass die Energie, die nicht verbraucht wird, immer noch die günstigste Energie ist; betont in diesem Zusammenhang, dass eine größere Energieeffizienz als einer der Eckpfeiler der Klima- und Energiepolitik der EU angesehen werden sollte; ist überzeugt, dass Energieeffizienz nicht nur dazu beiträgt, dass Ressourcen erhalten bleiben, die Energiekosten, die Abhängigkeit von importierten Brennstoffen, Handelsdefizite und die Folgen für die Gesundheit verringert werden und die Wettbewerbsfähigkeit der EU-Wirtschaft langfristig zunimmt, sondern auch dazu, dass die Treibhausgasemissionen der EU reduziert werden; weist darauf hin, dass die Erschließung des Potenzials der EU für kostenwirksame Energieeinsparungen von 40 % zu einer Senkung der Treibhausgasemissionen um mindestens 50 % bis 2030 und zu einer Erhöhung des Anteils erneuerbaren Energiequellen am Energiemix auf 35 % führen würde; fordert die Mitgliedstaaten auf, die Richtlinie über die Energieeffizienz und die Richtlinie über die Gesamtenergieeffizienz von Gebäuden rasch und uneingeschränkt umzusetzen; betont, dass das Potenzial jedes einzelnen Wirtschaftszweigs und die jeweilige wirtschaftliche Lage bei der Gestaltung neuer Energieeffizienzstrategien berücksichtigt werden müssen und dass beim Übergang zu mehr Energieeffizienz der Schwerpunkt auf der gesamten Energieversorgungs- und -nachfragekette, einschließlich Umwandlung, Übertragung, Verteilung und Versorgung, sowie auf dem Energieverbrauch in der Wirtschaft und von Gebäuden und Privathaushalten liegen sollte; erkennt die Vorteile von Kampagnen zur Sensibilisierung für Energieeffizienzfragen an;
41. wijst erop dat de goedkoopste energie die energie is die nooit wordt gebruikt; benadrukt in dit verband dat meer energie-efficiëntie als een hoeksteen van het EU-klimaat- en energiebeleid moet worden beschouwd; is ervan overtuigd dat energie-efficiëntie bijdraagt tot het behoud van hulpbronnen, het verlagen van de energiefactuur, minder afhankelijkheid van ingevoerde brandstoffen voor energie, lagere handelstekorten en minder gevolgen voor de gezondheid, en tevens het internationale concurrentievermogen van de Europese economie op lange termijn verbetert en de uitstoot van broeikasgassen in de EU helpt verminderen; wijst erop dat uit onderzoek blijkt dat de verwezenlijking van het kosteneffectieve energiebesparingspotentieel van de EU, dat 40 % bedraagt, de uitstoot van broeikasgassen met ten minste 50 % zou verminderen tegen 2030 en het aandeel van hernieuwbare energie in de energiemix tot 35 % zou doen oplopen; dringt er bij de lidstaten op aan de richtlijn inzake energie-efficiëntie en de richtlijn over de energieprestatie van gebouwen onverwijld en volledig ten uitvoer te leggen; benadrukt dat bij de ontwikkeling van nieuw beleid inzake energie-efficiëntie het potentieel van elke economische sector en elke economische situatie in aanmerking moeten worden genomen, en dat het streven naar een betere energie-efficiëntie gepaard moet gaan met een sterke focus op de hele vraag- en aanbodketen voor energie, waaronder transformatie, transmissie, distributie en voorziening, alsook het energieverbruik van de industrie, de bouwsector, huishoudens en de transportsector; onderkent de voordelen van bewustmakingscampagnes inzake energie-efficiëntie;

27. weist auf das beträchtliche Potential im Hinblick auf Energieeffizienz, Verringerung umweltschädlicher Emissionen und einen weltweiten Markt für neue Ausrüstungen und Systeme aus der sauberen Kohletechnologie hin und appelliert an Industrie und 7. Forschungsrahmenprogramm, sich um eine erfolgreiche Demonstration der sauberen Kohlesysteme zu bemühen; ist daher der Auffassung, dass es entscheidend darauf ankommt, eine leistungsfähige heimische Kohleindustrie vorbehaltlich der Notwendigkeit größerer Effizienz und verringerter Subventionen zu erhalten;
27. wijst op het aanzienlijke potentieel voor meer energie-efficiëncy, vermindering van de verontreinigende emissies en een wereldwijde markt voor nieuwe apparatuur en systemen in het kader van de schone kolentechnologie en dringt erop aan dat via het bedrijfsleven en in het kader van het 7de kaderprogramma op het gebied van onderzoek een succesvolle demonstratie van schone kolentechnologie tot stand wordt gebracht; is derhalve van mening dat het behoud van een levensvatbare binnenlandse kolenindustrie van fundamenteel belang is, maar erkent de noodzaak van meer efficiëncy en minder subsidies;