Die Kommission hält also die Einbeziehung kurzfristiger Anlagen von Betriebsvermögen für mit dem Gemeinsamen Markt vereinbar, soweit diese Einkünfte den Finanzprodukten des normalen Betriebskapitals des Seeschifffahrtsunternehmens aus beihilfefähigen Tätigkeiten entsprechen.
De Commissie beschouwt bijgevolg het opnemen van de inkomsten uit kortetermijnbeleggingen van het bedrijfskapitaal als verenigbaar met de gemeenschappelijke markt, voorzover deze inkomsten overeenstemmen met de financiële opbrengsten van de normale kasmiddelen van de scheepvaartonderneming welke uit in aanmerking komende activiteiten zijn verkregen.