Acht Mitgliedstaaten wiesen im Bezugszeitraum (2001-2002) einen positiven Wachstumstrend bei der durchschnittlichen Sendezeit für europäische Werke auf, sechs einen negativen und in einem Mitgliedstaat blieb er gleich.
In acht lidstaten was er gedurende de referentieperiode (2001-2002) ten aanzien van de toename van de gemiddelde, voor Europese producties bestemde zendtijd gedurende de referentieperiode sprake van een positieve, in één lidstaat van een constante en in zes lidstaten van een negatieve ontwikkeling.