(5) Die Obergrenze gemäß Absatz 3 b
ezieht sich auf die Beihilfeintensität, die entweder als Prozentsatz der beihilfef
ähigen Kosten einer Investition in materielle oder immaterielle Vermögenswerte berechnet wird oder als Prozentsatz der geschätzten Lo
hnkosten für direkt durch die Investition geschaffene Arbeitsplätze, die für jeden eingestellten Arbeitnehmer während eines Zeitraums von zwei Jahren anfallen, oder eine Mischung aus be
...[+++]iden, sofern die Beihilfe den günstigsten Beihilfebetrag, der sich aus der Anwendung der einen oder anderen Berechnungsweise ergibt, nicht überschreitet.
5. De in lid 3 vastgestelde drempels zijn van toepassing op de steunintensiteit, berekend hetzij als een percentage van de in aanmerking komende materiële en immateriële investeringskosten, hetzij als een percentage van de geraamde loonkosten van de in dienst genomen personen, berekend over een periode van twee jaar, voor rechtstreeks door het investeringsproject geschapen werkgelegenheid, hetzij als een combinatie daarvan, mits de steun niet hoger is dan het gunstigste van de bedragen die beide berekeningen opleveren.