5. vertritt die Ansicht, dass die verpflichtend vorgeschriebenen festen Entgelte bzw. Mindestentgelte sowie das Verbot, auf der Grundlage der erzielten Ergebnisse ein Entgelt auszuhandeln, die Qualität der Dienstleistung für die Bürger und den Wettbewerb beeinträchtigen könnten; fordert die Mitgliedstaaten auf, diese Beschränkungen durch weniger restriktive Maßnahmen zu überwinden, bei denen es wahrscheinlicher ist, dass sie mit dem Diskriminierungsverbot und den Grundsätzen der Notwendigkeit und Verhältnismäßigkeit im Einklang stehen, indem sie Mechanismen zur Konsultation aller Beteiligten schaffen;
5. is van mening dat verplichte vaste of minimumtarieven en het verbod op het bedingen van aan het resultaat gekoppelde vergoedingen een belemmering zouden kunnen vormen voor de kwaliteit van de dienstverlening aan de burgers en voor de mededinging; verzoekt de lidstaten om zich te bedienen van minder restrictieve maatregelen die meer in overeenstemming zijn met de beginselen van non-discriminatie, noodzakelijkheid en evenredigheid en die in samenspraak met alle betrokken partijen worden vastgesteld;
