2. erinnert daran, dass die Maßnahmen der NATO zur Abwehr ballistischer Flugkörper so konzipiert und konstruiert sind, dass sie der Verteidigung der NATO-Mitgliedstaaten gegen potenzielle Angriffe mit ballistischen Raketen dienen; fordert die Hohe Vertreterin/Vizepräsidentin dazu auf, auf eine strategische Partnerschaft mit der NATO hinzuarbeiten und dabei der Frage der Raketenabwehr Rechnung zu tragen, was dazu führen sollte, dass alle EU-Mitgliedstaaten vollständig erfasst und geschützt sind und eine Situation vermieden wird, bei der die ihnen gebotene Sicherheit sich in irgendeiner Weise unterscheiden würde;
2. herinnert eraan dat de BMD-activiteiten van de NAVO worden ontwikkeld en uitgevoerd om de NAVO-lidstaten te beschermen tegen mogelijke aanvallen met ballistische raketten; verzoekt de vicevoorzitter / hoge vertegenwoordiger een strategisch partnerschap met de NAVO te onderhouden, waarin het BMD-vraagstuk een plaats krijgt, hetgeen moet leiden tot volledige dekking en bescherming van alle EU-lidstaten, waarmee wordt vermeden dat de aan hen geboden veiligheid in welke zin dan ook zou verschillen per lidstaat;
