18. weist wiederholt darauf hin, dass das Europäische Parlament Möglichkeiten zur Heranziehung
zusätzlicher Mittel ausschließlich auf der Grundlage der erforderlichen Informationen hinsichtlich (1) des Betrags und der Quellen der erwarteten Finanzierungsmittel, (2) zusätzlicher Angaben zu den rechtlichen Auswirkungen und (3) unter der Voraussetzung prüft, dass sämtliche Entscheidungen in Bezug auf dieses Vorhaben im Rahmen eines ordnungsgemäßen Entscheidungsprozesses fallen müssen, der eine offene Debatte und Transparenz gewährleistet; nimmt Kenntnis von den geschätzten Gesamtkosten der Errichtung des Hauses der europäischen Geschichte,
...[+++] den geschätzten laufenden Kosten und dem Personalbedarf; fordert das Präsidium auf, die geschätzten laufenden Kosten zu senken; ersucht darum, dass ihm – um einen transparenten und fruchtbaren Dialog mit allen beteiligten Parteien führen zu können – ein Geschäftsplan vorgelegt wird, der Aufschluss über die langfristige Geschäftsstrategie des Hauses der europäischen Geschichte gibt, und fordert, so schnell wie möglich gemäß Artikel 179 Absatz 3 der Haushaltsordnung über das Bauprojekt unterrichtet zu werden; schlägt bis zur Vorlage dieses Geschäftsplans eine Reserve in Höhe von 2 Millionen EUR vor; 18. herhaalt dat het Europees Parlement bijkomende financiering enkel zal overwegen als het beschikt over 1) de vereiste informatie betreffende het bedrag en de herkomst van de verwachte financieringsmiddelen en 2) bijkomende informatie over de juridische gevolgen, en op voorwaarde dat 3) alle besluiten met betrekking tot het project worden genomen in het kader van een degelijke besluitvormingsprocedure die een open debat en transparantie waarborgt; neemt nota van de geraamde totale kosten voor het opzetten van het Huis van de Europese geschiedenis, de geraamde expl
oitatiekosten en de personeelsbehoeften; verzoekt het Bureau de geraamd
...[+++]e exploitatiekosten te verlagen; wenst conform artikel 179, lid 3, van het Financieel Reglement zo snel mogelijk te worden geïnformeerd over het desbetreffende bouwproject, zodat er met de betrokken partijen een transparante en vruchtbare dialoog kan worden onderhouden, die vergezeld moet gaan van een op de lange termijn georiënteerde exploitatiestrategie voor het Huis van de Europese geschiedenis; stelt voor om in afwachting van het bovenvermelde exploitatieplan een bedrag van 2 miljoen EUR in de reserve te plaatsen; 
