Das Gesetz vom 21. Dezember 1990 « über das Statut der Militäranwärter des aktiven Kaders » legt die beruflichen, charakterlichen, körperlichen und moralischen Eigenschaften fest, die Militäranwärter während der gesamten Ausbildung besitzen müssen und die für die Fortsetzung und Entwicklung ihrer Laufbahn entscheidend sind.
De wet van 21 december 1990 « houdende statuut van de kandidaat-militairen van het actief kader » bepaalt de professionele, karakteriële, fysieke en morele hoedanigheden die de kandidaat-militairen moeten bezitten tijdens hun volledige opleiding en die doorslaggevend zijn voor het voortzetten en de ontwikkeling van hun loopbaan.