Absatz 1 legt fest, dass das Gemeinschaftspatentgericht seine Verhandlungen in der Amtssprache des EU-Mitgliedstaats führt, in dem der Beklagte ansässig ist, oder in Fällen, in denen ein Mitgliedstaat zwei oder mehr Amtssprachen hat, in einer dieser Sprachen nach Wahl des Beklagten.
Ingevolge de eerste alinea vinden procedures voor het Gemeenschapsoctrooigerecht plaats in de officiële EU-taal van de lidstaat waar de verweerder zijn woonplaats heeft, dan wel, wanneer een lidstaat twee of meer officiële EU-talen heeft, naar keuze van de verweerder in een van deze talen.