Als vierten Klagegrund führen die klagenden Parteien einen Verstoss gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung und gegen Artikel 14 der Europäischen Menschenrechtskonvention, sowohl an sich als auch in Verbindung mit Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zu dieser Konvention an, indem infolge von Artikel 15septies in Verbindung mit Artikel 15octies des Düngemitteldekrets in der durch Artikel 20 des Dekrets vom 11. Mai 1999 eingefügten Fassung der Eigentümer nur eine Entschädigung für den Vermögensverlust erhalten könne, wenn die diesbezüglichen Parzellen 1996 bei der « Mestbank » angegeben worden seien.
Als vierde middel voeren verzoekende partijen een schending aan van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en van artikel 14 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, zowel op zichzelf beschouwd als in samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij dat Verdrag, doordat ingevolge artikel 15septies gelezen in samenhang met artikel 15octies van het meststoffendecreet, zoals ingevoegd door artikel 20 van het decreet van 11 mei 1999, de eigenaar slechts een vergoeding voor patrimoniumverlies kan verkrijgen indien de desbetreffende percelen in 1996 bij de Mestbank zijn aangegeven.