Vertaling van " kleinfischerei assoziiert " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

assoziierte Länder Mittel- und Osteuropas | assoziierte Staaten in Mittel- und Osteuropa | AMOEL [Abbr.]
geassocieerde landen van Midden- en Oost-Europa | Almoe [Abbr.]

assoziiertes Land [ assoziierter Staat ]
geassocieerd land [ geassocieerde staat ]

assoziierte Augenmuskellaehmung | assoziierte Blicklaehmung | konjugierte Blicklaehmung
geassocieerde oogspierenverlamming

assoziierter Staat | assoziiertes Land
geassocieerd land

nicht assoziiertes Land [ nicht assoziiertes Entwicklungsland ]
niet-geassocieerd land [ niet-geassocieerd ontwikkelingsland ]

assoziierte Gesellschaft
geassocieerde vennootschap

assoziierter Fonds
geassocieerd Fonds

assoziierter Professor
geassocieerd hoogleraar

AASM-Staaten [ AASM-Länder | Assoziierte afrikanische Staaten und Madagaskar ]
GASM-landen [ Geassocieerde Afrikaanse Staten en Madagaskar | landen van de GASM ]

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Zu den Merkmalen, die gewöhnlich mit der Kleinfischerei assoziiert werden, gehören unter anderem: die enge Verbindung zur Wirtschaft, der sozialen Struktur, der Kultur und den Traditionen der küstennahen Ortschaften und Gemeinden; die relativ küstennahe Ausübung der Fischereiaktivitäten, die eine geringere Verweildauer auf See mit sich bringt; die stärkere, unmittelbare Einbindung menschlicher Arbeit, d. h. die Nutzung einer höheren Zahl von Arbeitskräften je Einheit gefangenen Fisches; die Nutzung einer geringeren Menge von Treibstoff je Einheit gefangenen Fisches; die Nutzung selektiveren Fanggeräts, das es ermöglicht, die lebenden Ressourcen des Meeres weniger zu beeinträchtigen; eine unmittelbarere Zusammenarbeit zwischen dem Fischer, den Ressourcen und Gemeinde, zu der er gehört – was die Wahrnehmung der Bedeutung guter Ressourcenschonung erleichtern kann; die Integration in einfachere Vermarktungsstrukturen und in kürzere Versorgungsketten mit Frischverbrauch als hauptsächlicher Bestimmung für den Fang; das Vorherrschen von Kleinst-, Klein- und mittleren Betrieben oder Familienbetrieben unter anderen Betreibern.
Ziehier, enkele kenmerken die gewoonlijk toegeschreven worden aan de kleinschalige visserij: nauwe verbondenheid met de economie, de maatschappelijke structuur, de cultuur en de tradities van de kustplaatsen en -gemeenschappen; de visserijactiviteiten hebben plaats relatief dicht bij de kust en impliceren kortere verblijven op zee; de grotere directe rol van menselijke arbeid, m.a.w. het gebruik van meer arbeidskrachten per eenheid gevangen vis; minder brandstofverbruik per eenheid gevangen vis; het gebruik van selectiever vistuig, dat minder impact heeft op de visstand; een nauwere band tussen de visser, de visstand en de gemeenschap waarin de visserij is ingebed, wat het begrip voor het belang van een degelijke instandhouding van het bestand zal bevorderen; de ontwikkeling van eenvoudigere handelsstructuren en kortere voorzieningsketens, tegen de achtergrond van het hoofddoel van de visserij, nl. de consumptie van zo vers mogelijke vis; het overwicht aan zeer kleine, kleine, middelgrote en familiebedrijven in de sector.