35. ist der Ansicht, dass die Union, falls Einverständnis über ihre Steuerungs- und Handlungsmöglichkeiten in Bereichen besteht, die einander ergänzende Maßnahmen zulassen und einer geteilten Zuständigkeit unterliegen, über die vor allem finanziellen Mittel für eine entsprechende Strategie verfügen muss;
35. is van mening dat, ook al is men het in termen van gedeelde bevoegdheden en flankerend beleid eens over de bestuurstaken en activiteiten die tot het domein van de Unie behoren, de EU ook moet kunnen beschikken over de nodige middelen – en met name financiële middelen – om deze strategie te kunnen waarmaken;