23. vertritt die Auffassung, dass Menschenrechtsdialoge und -konsultationen der Stärkung und Unterstützung der Zivilgesellschaft und von Menschenrechtsverteidigern, Gewerkschaften, Journalisten, Anwälten und Parlamentariern dienen sollten, die sich gegen Menschenrechtsverletzungen im eigenen Land erheben und diese infrage stellen und die Achtung ihrer Rechte einfordern; fordert die EU auf, dafür zu sorgen, dass über die Dialoge und Konsultationen zu Menschenrechten ehrgeizige Ziele verfolgt werden und dass sie mit klaren, öffentlich bekannten Richtwerten einhergehen, auf deren Grundlage der Erfolg objektiv gemessen werden kann;
23. is van mening dat de dialoog en het overleg inzake mensenrechten ondersteuning moet bieden aan en de positie moet versterken van het maatschappelijk middenveld, mensenrechtenverdedigers, vakbonden, journalisten, juristen en parlementsleden die misbruiken in eigen land aanpakken en aan de kaak stellen en eisen dat hun rechten worden geëerbiedigd;
verzoekt de EU om ervoor te zorgen dat de mensenrechtendialoog en het bijbehorende overleg ambitieus zijn en vergezeld gaan van duidelijke openbare benchmarks
waaraan hun succes objectief kan worden getoetst ...[+++]; 
