Jede Person, die befugt ist, eine den in der Anlage II festgelegten Normen entsprechende individuelle Kläreinheit zu benutzen, ist verpflichtet, ihre Anlage bei dem Anschluss und vor der Eingrabung durch einen aufgrund des Artikels 11 zugelassenen Kontrolleur überprüfen zu lassen und vor der Inbetriebsetzung der Anlage der Gemeindebehörde eine der Anlage VI zum vorliegenden Erlass entsprechende Kontrollbescheinigung zu übermitteln.
Als een persoon gebruik mag maken van een individuele zuiveringseenheid die aan de in bijlage II bedoelde normen voldoet, moet hij bij de aansluiting en vóór de ondergraving ervan, de installatie laten controleren door een krachtens artikel 11 erkende controleur en het in bijlage VI bij dit besluit bedoelde controleattest vóór de ingebruikneming aan de gemeentelijke overheid sturen.