Der Gemeinschaftsunterricht ist der Auffassung, dass die in der präjudiziellen Frage verwendeten Wörter « generelles und prinzipielles Verbot des Tragens sichtbarer religiöser und weltanschaulicher Erkennungsmerkmale » dem vor dem Staatsrat angefochtenen Beschluss des Rates des Gemeinschaftsunterrichts vom 11. September 2009 eine Tragweite verliehen, die er nicht habe, und darum wird beim Hof beantragt, die präjudizielle Frage umzuformulieren.
Het Gemeenschapsonderwijs is van oordeel dat de in de prejudiciële vraag gebruikte woorden « algemeen en principieel verbod tot het dragen van zichtbare religieuze en levenbeschouwelijke kenmerken » aan de voor de Raad van State bestreden beslissing van de Raad van het Gemeenschapsonderwijs van 11 september 2009 een draagwijdte verlenen die zij niet heeft en verzoekt het Hof daarom de prejudiciële vraag te herformuleren.