Die angefochtenen Bestimmungen ermächtigen den König, die Situationen, in denen, und die Bedingungen, unter denen eine positive Massnahme ergriffen werden kann, festzulegen (Artikel 10 § 3 des Antirassismusgesetzes, Artikel 10 § 3 des allgemeinen Antidiskriminierungsgesetzes und Artikel 16 § 3 des Geschlechtergesetzes).
De bestreden bepalingen machtigen de Koning om de situaties waarin en de voorwaarden waarbij een maatregel van positieve actie kan worden genomen, te bepalen (artikel 10, § 3, van de Antiracismewet, artikel 10, § 3, van de Algemene Antidiscriminatiewet en artikel 16, § 3, van de Genderwet).