E. unter Hinweis darauf, dass die zunehmende Ungleichheit bei der Verteilung von Einkommen und Wohlstand (steigende Gewinne und zunehmender Wohlstand, drastischer Rückgang des Anteils der Arbeitnehmer am Nationaleinkommen) in den letzten 30 Jahren die treibende Kraft hinter der gigantischen Zunahme der Investitionen auf den Finanzmärkten und der Entstehung von Preisblasen bei Anlagewerten war, und in der Erwägung, dass sich sowohl die neoliberale Politik der Finanzmarktliberalisierung als auch das kurzfristige Streben nach Steigerung des „shareholder value“ um jeden Preis als Totalausfälle erwiesen haben,
E. overwegende dat de toenemende ongelijkheid in de verdeling van inkomen en welvaart (toenemende winsten en rijkdom aan de ene kant en een sterke daling van het aandeel van arbeid in het nationaal inkomen aan de andere kant) de afgelopen 30 jaar de belangrijkste motor is geweest achter de reusachtige groei van de investeringen in financiële markten en het ontstaan van de zeepbel van activaprijzen; overwegende dat het neoliberale beleid van liberalisering van de financiële markten en de kortetermijngerichtheid op verhoging van de waarde voor de aandeelhouders tegen iedere prijs, volledig uit de hand zijn gelopen,