(1) Die Mitgliedstaaten sorgen dafür, dass bei Anteilen eines der Richtlinie 85/611/EWG unterliegenden Organismus für gemeinsame Anlagen ein vereinfachter Prospekt gemäß Artikel 28 der genannten Richtlinie als angemessene Information im Sinne von Artikel 19 Absatz 3 zweiter Gedankenstrich der Richtlinie 2004/39/EG angesehen wird.
1. De lidstaten zorgen ervoor dat met betrekking tot rechten van deelneming in een instelling voor collectieve belegging die onder Richtlijn 85/611/EEG valt, een vereenvoudigd prospectus dat aan artikel 28 van die richtlijn voldoet, voor de toepassing van artikel 19, lid 3, tweede streepje, van Richtlijn 2004/39/EG als passende informatie wordt aangemerkt.