Artikel 1675/19 des Gerichtsgesetzbuches führe einen Behandlungsunterschied in Bezug auf die dem
Schuldenvermittler geschuldeten Honorare, Gebühren und Kosten ein, je nachdem, ob sie durch die Entscheidung im Sinne des fraglichen Artikels 1675/19 § 3 oder entsprechend der Auslegung durch den vorlegenden Richter durch eine Entscheidung im Sinne der Artikel 1675/12 oder 1675/13 desselben Gesetzbuches, auf die sich die präjudizielle Frage beziehe, festgelegt würden; im ersten Fall könne der Schuldenvermittler nicht Berufu
ng einlegen, und im letzteren könne ein ...[+++] Rechtsmittel durch die Parteien des Vermittlungsverfahrens oder durch den Schuldenvermittler, wenn er durch sie in der Berufungsinstanz geladen und in dieser Eigenschaft Anschlussbeschwerde erheben könne, eingelegt werden.Artikel 1675/19 van het Gerechtelijk Wetboek zou, ten aanzien van de aan d
e schuldbemiddelaar verschuldigde erelonen, emolumenten en kosten, een verschil in behandeling invoeren, naargelang die worden vastgesteld bij de beschikking bedoeld in het in het geding zijnde artikel 1675/19, § 3, dan wel, in de interpretatie van de verwijzende rechter, bij een beslissing bedoeld in de artikelen 1675/12 of 1675/13 van hetzelfde Wetboek, waarnaar in de prejudiciële vraag wordt verwezen : in de eerste hypothese kan de schuldbemiddelaar geen hoger beroep instellen, terwijl, in de tweede, een beroep openstaat voor de partijen bij de bemiddeling, zelf
...[+++]s voor de bemiddelaar wanneer hij door hen in hoger beroep wordt gedaagd en in die zin incidenteel beroep kan instellen.