44. vertritt die Auffassung, daß die Rechtsvorschriften betreffend die Einführung und die Züchtung fremder Arten und genetisch veränderter Organismen auf dem Vorsorgeprinzip basieren müssen, und unterstreicht, daß bei den weiteren Verhandlungen über das Zustandekommen des Protokolls über die Biosicherheit von einem hohen Niveau des Schutzes der menschlichen Gesundheit und der Artenvielfalt ausgegangen werden muß;
44. onderstreept dat de wetgeving inzake de introductie en inplantering van uitheemse soorten en genetisch gemodificeerde organismen op het voorzorgsprincipe gebaseerd moet zijn en benadrukt dat bij de verdere onderhandelingen voor de totstandkoming van het Biosafety Protocol moet worden uitgegaan van een hoog beschermingsniveau van de menselijke gezondheid en de biodiversiteit;