Traduction de « 31 dezember 1965 erteilt » (Allemand → Néerlandais) :

Falls diese grenzüberschreitenden Vorbescheide in der Zeit zwischen dem 1. Januar 2012 und dem 31. Dezember 2013 erteilt, geändert oder erneuert wurden, erfolgt diese Informationsübermittlung unter der Voraussetzung, dass sie am 1. Januar 2014 noch gültig waren.
Indien voorafgaande grensoverschrijdende rulings zijn afgegeven of gemaakt, gewijzigd of hernieuwd tussen 1 januari 2012 en 31 december 2013, worden de inlichtingen verstrekt op voorwaarde dat die voorafgaande grensoverschrijdende rulings of afspraken nog geldig waren op 1 januari 2014.

64quinquies/1 - § 1. Die belgische zuständige Behörde, die einen grenzüberschreitenden Vorbescheid nach dem 31. Dezember 2016 erteilt, ändert oder erneuert, übermittelt im Wege des automatischen Austauschs den zuständigen Behörden aller anderen Mitgliedstaaten sowie der Europäischen Kommission die Informationen darüber, mit der Einschränkung, die für die Fälle nach Paragraph 6 gemäß den geltenden nach Artikel 64octies angenommenen praktischen Regelungen gilt.
§ 1. De Belgische bevoegde autoriteit die na 31 december 2016 een voorafgaande grensoverschrijdende ruling afgeeft of maakt, wijzigt of hernieuwt, verstrekt de bevoegde autoriteiten van alle andere lidstaten en de Europese Commissie automatisch inlichtingen daaromtrent, met inachtneming van de in paragraaf 6 genoemde beperkingen, zulks overeenkomstig de uit hoofde van artikel 64octies vastgestelde toepasselijke praktische regelingen.

Falls die grenzüberschreitenden Vorbescheide in der Zeit zwischen dem 1. Januar 2014 und dem 31. Dezember 2016 erteilt, geändert oder erneuert wurden, erfolgt diese Informationsübermittlung unabhängig davon, ob sie noch gültig sind oder nicht.
Indien voorafgaande grensoverschrijdende rulings zijn afgegeven of gemaakt, gewijzigd of hernieuwd tussen 1 januari 2014 en 31 december 2016, worden de inlichtingen verstrekt ongeacht of die voorafgaande grensoverschrijdende rulings of afspraken nog geldig zijn.

In Bezug auf die sogenannten ' kleinen ' Parzellierungen unterscheidet Artikel 74 des Städtebaugesetzes zunächst zwischen Parzellierungsbewilligungen aus der Zeit vor dem 22. April 1962 - Datum des Inkrafttretens des Städtebaugesetzes -, die verfallen sind, ' wenn der Verkauf von mindestens einem Drittel der Parzellen nicht vor dem 1. Oktober 1970 registriert ist ' (Artikel 74 § 1 Absatz 4), und sodann Parzellierungsgenehmigungen, die zwischen dem 22. April 1962 und dem 31. Dezember 1965 erteilt wurden und verfallen sind, ' wenn der Verkauf von mindestens einer der Parzellen nicht vor dem 1. Oktober 1970 der Registrierungsformalität unterzogen wird ' (Artikel 74 § 3 Absatz 1 Nr. 1), sowie schliesslich Parzellierungsgenehmigungen, die zwischen dem 1. Januar 1966 und dem 15. Februar 1971 - dem Datum des Inkrafttretens des Gesetzes vom 22. Dezember 1970 - erteilt wurden und verfallen sind, ' wenn der Verkauf oder die Vermietung für mehr als neun Jahre von mindestens einem Drittel der Parzellen nicht innerhalb von fünf Jahren ab dem Datum der Genehmigung der Registrierungsformalität unterzogen wird ' (Artikel 74 § 3 Absatz 1 Nr. 2).
Wat de zogenaamde ' kleine ' verkavelingen betreft, maakt artikel 74 van de stedenbouwwet een onderscheid tussen, allereerst, verkavelingsakkoorden die dateren van vóór 22 april 1962 - datum van de inwerkingtreding van de stedenbouwwet - die vervallen zijn ' indien de verkoop van minstens een derde van de percelen niet vóór 1 oktober 1970 is geregistreerd ' (artikel 74, § 1, vierde lid), vervolgens, verkavelingsvergunningen afgegeven tussen 22 april 1962 en 31 december 1965, die vervallen zijn ' wanneer de verkoop van minstens één van de percelen niet vóór 1 oktober 1970 aan de registratieformaliteit is onderworpen ' (artikel 74, § 3, eerste lid, 1°), en, ten slotte, verkavelingsvergunningen afgegeven tussen 1 januari 1966 en 15 februari 1971 - datum van de inwerkingtreding van de wet van 22 december 1970 - die vervallen zijn ' wanneer de verkoop of de verhuring voor meer dan negen jaar, van minstens een derde van de percelen niet binnen vijf jaar, te rekenen vanaf de datum der vergunning, aan de registratieformaliteit is onderworpen ' (artikel 74, § 3, eerste lid, 2°).

Der Aufschub kann höchstens zwei Jahre betragen für Genehmigungen, die nach dem 31. Dezember 2002 erteilt wurden.
Het uitstel kan maximaal twee jaren duren voor vergunningen afgeleverd na 31 december 2002.

Der angefochtene Artikel 4 des Gesetzes vom 8. Mai 2014 bestimmt: « In Artikel 7 desselben Gesetzes, eingefügt durch das Gesetz vom 20. Juli 2005, werden die folgenden Änderungen vorgenommen: 1. In § 1 Absatz 4 werden die Wörter ' und durch Artikel 28 des Gesetzes vom 26. Dezember 2013 zur Festlegung verschiedener Bestimmungen im Energiebereich ' eingefügt zwischen den Wörtern ' 24. Dezember 2002 ' und den Wörtern ', ändern, ersetzen oder aufheben '. 2. In § 1bis wird Absatz 1 um folgenden Satz ergänzt: ' Außerdem vergleicht und bewertet der Ausschuss vor dem 31. September 2016 die Folgen der beiden Mechanismen der Abnahmeverpflichtung durch den Netzbetreiber für die Verbraucher und den Staat zu einem durch den königlichen Erlass vom 16. Juli 2002 in Bezug auf die Ausarbeitung von Mechanismen zur Förderung der Stromerzeugung aus erneuerbaren Energiequellen festgelegten Mindestpreis für Offshore-Windenergie, wobei es sich um einen Mechanismus mit einem festen Mindestpreis und einen Mechanismus mit einem veränderlichen Mindestpreis handelt'. 3. In § 2 Absatz 2 werden die Wörter ' die vor dem 1. Juli 2007 erteilt wurde, ' eingefügt zwischen den Wörtern ' einer in Artikel 6 erwähnten staatlichen Konzession sind, ' und den Wörtern ' finanziert der Netzbetreiber ein Drittel der Kosten des unterseeischen Kabels '.
Het bestreden artikel 4 van de wet van 8 mei 2014 bepaalt : « In artikel 7 van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 20 juli 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1, vierde lid, worden de woorden : ' en door artikel 28 van de wet van 26 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake energie ' ingevoegd tussen de woorden ' 24 december 2002 ' en de woorden ', wijzigen, vervangen of opheffen '; 2° in § 1bis wordt het eerste lid aangevuld met de volgende zin : ' Daarenboven vergelijkt en evalueert de commissie, voor 31 september 2016, de gevolgen voor de consument en de Staat van de twee mechanismen van aankoopverplichting door de netbeheerder aan een door het koninklijk besluit [van] 16 juli 2002 betreffende de instelling van mechanismen voor de bevordering van elektriciteit opgewekt uit hernieuwbare energiebronnen vastgestelde minimumprijs voor offshore windenergie, namelijk een mechanisme met een vaste minimumprijs [en] een mechanisme met een variabele minimumprijs'. 3° in § 2, eerste lid, worden de woorden ' verleend vóór 1 juli 2007 ' ingevoegd tussen de woorden ' van een in artikel 6 bedoelde domeinconcessie ' en de woorden ' staat de netbeheerder in voor één derde van de kostprijs van de onderzeese kabel '.

(6) Jede Genehmigung zum Inverkehrbringen von aus einem Drittland eingeführten Erzeugnissen, die einem Einführer von der zuständigen Behörde eines Mitgliedstaats gemäß Artikel 11 Absatz 6 der Verordnung (EWG) Nr. 2092/91 vor dem 31. Dezember 2008 erteilt worden ist, erlischt bis spätestens zum 31. Dezember 2009.
6. De geldigheidsduur van elke machtiging om uit een derde land ingevoerde producten in de handel te brengen die de bevoegde autoriteit van een lidstaat vóór 31 december 2008 overeenkomstig artikel 11, lid 6, van Verordening (EEG) nr. 2092/91 heeft verleend, verstrijkt uiterlijk op 31 december 2009.

In bezug auf die sogenannten « kleinen » Parzellierungen unterscheidet Artikel 74 des Städtebaugesetzes zunächst zwischen Parzellierungsbewilligungen aus der Zeit vor dem 22. April 1962 - Datum des Inkrafttretens des Städtebaugesetzes -, die verfallen sind, « wenn der Verkauf von mindestens einem Drittel der Parzellen nicht vor dem 1. Oktober 1970 registriert ist » (Artikel 74 § 1 Absatz 4), und sodann Parzellierungsgenehmigungen, die zwischen dem 22. April 1962 und dem 31. Dezember 1965 erteilt wurden und verfallen sind, « wenn der Verkauf von mindestens einer der Parzellen nicht vor dem 1. Oktober 1970 der Registrierungsformalität unterzogen wird » (Artikel 74 § 3 Absatz 1 Nr. 1), sowie schliesslich Parzellierungsgenehmigungen, die zwischen dem 1. Januar 1966 und dem 15. Februar 1971 - dem Datum des Inkrafttretens des Gesetzes vom 22. Dezember 1970 - erteilt wurden und verfallen sind, « wenn der Verkauf oder die Vermietung für mehr als neun Jahre von mindestens einem Drittel der Parzellen nicht innerhalb von fünf Jahren ab dem Datum der Genehmigung der Registrierungsformalität unterzogen wird » (Artikel 74 § 3 Absatz 1 Nr. 2).
Wat de zogenaamde « kleine » verkavelingen betreft, maakt artikel 74 van de stedenbouwwet een onderscheid tussen, allereerst, verkavelingsakkoorden die dateren van vóór 22 april 1962 - datum van de inwerkingtreding van de stedenbouwwet - die vervallen zijn « indien de verkoop van minstens een derde van de percelen niet vóór 1 oktober 1970 is geregistreerd » (artikel 74, § 1, vierde lid), vervolgens, verkavelingsvergunningen afgegeven tussen 22 april 1962 en 31 december 1965, die vervallen zijn « wanneer de verkoop van minstens één van de percelen niet vóór 1 oktober 1970 aan de registratieformaliteit is onderworpen » (artikel 74, § 3, eerste lid, 1°), en, ten slotte, verkavelingsvergunningen afgegeven tussen 1 januari 1966 en 15 februari 1971 - datum van de inwerkingtreding van de wet van 22 december 1970 - die vervallen zijn « wanneer de verkoop of de verhuring voor meer dan negen jaar, van minstens een derde van de percelen niet binnen vijf jaar, te rekenen vanaf de datum der vergunning, aan de registratieformaliteit is onderworpen » (artikel 74, § 3, eerste lid, 2°).

Dies ändert nichts daran, dass ein Behandlungsunterschied besteht zwischen Parzellierungsbewilligungen und einerseits Parzellierungsgenehmigungen, die zwischen dem 22. April 1962 und dem 31. Dezember 1965 erteilt wurden, sowie andererseits Parzellierungsgenehmigungen, die zwischen dem 1. Januar 1966 und dem 15. Februar 1971 erteilt wurden.
Dit neemt niet weg dat er een verschil in behandeling bestaat tussen verkavelingsakkoorden en, enerzijds, verkavelingsvergunningen die werden verleend tussen 22 april 1962 en 31 december 1965 en, anderzijds, verkavelingsvergunningen die werden verleend tussen 1 januari 1966 en 15 februari 1971.

In bezug auf die Parzellierungsgenehmigungen, die zwischen dem 22. April 1962 und dem 31. Dezember 1965 erteilt wurden, wurde diese Bedingung auf eine Parzelle herabgesetzt, um « kleine » Parzellierungen entlang bestehender öffentlicher Wege zu begünstigen (Parl. Dok., Senat, 1969-1970, Nr. 525, S. 82).
Met betrekking tot de verkavelingsvergunningen die werden verleend tussen 22 april 1962 en 31 december 1965 werd die vereiste teruggebracht tot één perceel om « kleine » verkavelingen langs bestaande openbare wegen te begunstigen (Parl. St., Senaat, 1969-1970, nr. 525, p. 82).