Aus Artikel 23 Absatz 3 Nr. 1 der Verfassung kann nicht abgeleitet werden, dass der Gesetzgeber jedem Arbeitnehmer das vorerwähnte Recht gewährleisten muss, indem er ihm persönlich Zugang zu den von ihm geschaffenen Konzertierungsorganen gewährt, deren Zusammensetzung und Wahl er regelt.
Uit artikel 23, derde lid, 1°, van de Grondwet kan niet worden afgeleid dat de wetgever aan elke werknemer het voormelde recht dient te waarborgen door hem persoonlijk toegang te verschaffen tot de overlegorganen die hij instelt en waarvan hij de samenstelling en de verkiezing regelt.