Die Kommission wird sich mit der Frage der Machbarkeit und der Notwendigkeit eines Rahmengesetzes für Dienstleistungen von allgemeinem Interesse bei Inkrafttreten des Verfassungsvertrags und insbesondere der neuen Rechtsgrundlage befassen, die mit Artikel III-6 eingeführt wird, der Folgendes vorsieht : „Unbeschadet der Artikel III-55, III-56 und III-136 und in Anbetracht des von allen in der Union anerkannt
en Stellenwerts der Dienste von allgemeinem wirtschaftlichem Interesse sowie ihrer Bedeutung bei der Förderung des sozialen und territorialen Zusammenhalts tragen die Union und ihre Mitgliedstaaten im Rahmen ihrer jeweiligen Befugnisse
...[+++] im Anwendungsbereich der Verfassung dafür Sorge, dass die Grundsätze und Bedingungen, insbesondere jene wirtschaftlicher und finanzieller Art, für das Funktionieren dieser Dienste so gestaltet sind, dass diese ihren Aufgaben nachkommen können.De Commissie zal de haalbaarheid en de noodzaak van een kade
rwet in verband met diensten van algemeen belang opnieuw onderzoeken op het ogenblik van de inwerkingtreding van het Verdrag tot vaststelling van een Grondwet voor Europa, en met name van de nieuwe rechtsgrondslag van artikel III-6. Dit artikel bepaalt: «Onverminderd de artikelen III-55, III-56 en III-136 en gezien de plaats die de
diensten van algemeen economisch belang innemen als
diensten waaraan eenieder in de Unie waarde hecht, alsook de rol die zij vervullen bij het bevorderen van sociale en territoriale samenh
...[+++]ang van de Unie en de lidstaten, dragen de Unie en de lidstaten er overeenkomstig hun onderscheiden bevoegdheden en binnen het toepassingsgebied van de Grondwet zorg voor, dat deze diensten functioneren op basis van beginselen en onder de voorwaarden, met name economische en financiële, die hen in staat stellen hun taken te vervullen.