GEMÄSS ARTIKEL 1 DER VERORDNUNG ( EWG ) NR . 1053/68 DER KOMMISSION VOM 23 . JULI 1968 ZUR FESTLEGUNG DER VORAUSSETZUNGEN FÜR DIE ZULASSUNG BESTIMMTER MILCHERZEUGNISSE ZU BESTIMMTEN TARIFNUMMERN ( 3 ) , ZULETZT GEÄNDERT DURCH DIE VERORDNUNG ( EWG ) NR . 2369/71 ( 4 ) , WIRD DIE ZULASSUNG AUS DRITTEN LÄNDERN STAMMENDER ERZEUGNISSE ZU DER TARIFSTELLE 04.04 D I VON DER VORLAGE EINER BESCHEINIGUNG ABHÄNGIG GEMACHT , DIE ORDNUNGSGEMÄSS MIT DEM SICHTVERMERK EINER AUF EINER NOCH ZU ERSTELLENDEN LISTE AUFGEFÜHRTEN STELLE VERSEHEN IST . DIESE LISTE WURDE MIT DER VERORDNUNG ( EWG ) NR . 1054/68 DER KOMMISSION VOM 23 . JULI 1968 ( 5 ) , ZULETZT GEÄNDERT DURCH DIE VERORDNUNG ( EWG ) NR . 1660/71 ( 6 ) , AUFGESTELLT .
Overwegende dat overeenkomstig de bepalingen van artikel 1 van Verordening ( EEG ) nr . 1053/68 van de Commissie van 23 juli 1968 houdende vaststelling van de voorwaarden waarvan de indeling van bepaalde zuivelprodukten onder bepaalde tariefposten afhankelijk wordt gesteld ( 3 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 2369/71 ( 4 ) , de indeling van uit derde landen afkomstige produkten onder de onderverdeling 04.04 D I van het gemeenschappelijk douanetarief afhankelijk wordt gesteld van de aanbieding van een certificaat , dat behoorlijk moet zijn geviseerd door een op een op te stellen lijst voorkomende , met de afgifte belaste instelling ; dat deze lijst is vastgesteld bij Verordening ( EEG ) nr . 1054/68 van de Commissie va
...[+++]n 23 juli 1968 ( 5 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 1660/71 ( 6 ) ;