(2) Für die Zwecke der Kapitel II, III und IV schließen Bezugnahmen auf Wertpapierfirmen und Finanzinstrumente im Zusammenhang mit sämtlichen in Artikel 1 Absätze 3 und 4 der Richtlinie 2014/65/EU genannten Anforderungen Kreditinstitute und strukturierte Einlagen ein.
2. Voor de toepassing van de hoofdstukken II, III en IV van deze richtlijn hebben verwijzingen naar beleggingsondernemingen en financiële instrumenten betrekking op kredietinstellingen en gestructureerde deposito's voor alle voorschriften bedoeld in artikel 1, leden 3 en 4, van Richtlijn 2014/65/EU.