Vertaling van "beschaffung verteidigungsgütern nicht zufrieden " (Duits → Nederlands) :

48. weist auf die Vorschläge der Kommission für eine bessere Umsetzung der Richtlinien 2009/81/EG (Beschaffung von Verteidigungsgütern) und 2009/43/EG (Verbringung von Verteidigungsgütern innerhalb des Binnenmarkts) hin; hält es für erforderlich, ebenfalls festzulegen, welche Ausrüstungen und Technologien unter die Ausrüstungen und Technologien mit hohem strategischen Wert fallen, die weder von der Richtlinie 2009/81/EG (Ausrüstung für den Verteidigungsbereich, die auch anderweitige Verwendung finden kann) noch von der Richtlinie 2004/18/EG (Ausrüstung, die im Zusammenhang mit, jedoch nicht spezifisch im Verteidigungsbereich genutzt wird) erfasst werden; ist der Ansicht, dass die Unternehmen in der EU, die in diesem Sektor tätig sind, eines speziellen rechtlichen und finanziellen Regelungsrahmens bedürfen, der es ihnen ermöglicht, wettbewerbsfähig zu sein, und dadurch der EU strategische Autonomie sichert;
48. wijst op de voorstellen van de Commissie voor een betere tenuitvoerlegging van de Richtlijnen 2009/81/EG (opdrachten op defensie- en veiligheidsgebied) en 2009/43/EG (overdracht van defensiegerelateerde producten binnen de interne markt); meent dat ook moet worden bepaald wat wordt verstaan onder materieel en technologie van hoge strategische waarde en waarop Richtlijn 2009/81/EG (materieel voor essentiële veiligheidsbelangen) en Richtlijn 2004/18/EG (materieel dat wordt gebruikt voor defensiedoeleinden, doch niet specifiek voor defensiedoeleinden is ontworpen) geen betrekking hebben; is van mening dat EU-ondernemingen die activiteiten in deze sector ontplooien, een specifiek juridisch en financieel stelsel nodig hebben dat hun concurrentievermogen bevordert en tegelijk de strategische autonomie van de EU waarborgt;

64. weist darauf hin, dass die Mitgliedstaaten ihre Verteidigungsmärkte unter allen Umständen transparenter und offener gestalten müssen, betont aber gleichzeitig die Besonderheiten der öffentlichen Beschaffung im Verteidigungsbereich und weist darauf hin, dass dieser Bereich lebenswichtige nationale Sicherheitsinteressen berührt und deshalb nicht wie in anderen Branchen verfahren werden kann; fordert die Mitgliedstaaten und die Kommission auf, dafür Sorge zu tragen, dass die Richtlinien aus dem Jahr 2009 über die Beschaffung und Verbringung von Rüstungsgütern korrekt und kohärent angewendet werden, wobei insbesondere die Ausnahmen von EU-Regelungen gemäß Artikel 346 AEUV zu beachten sind, um so gegebenenfalls durch eine Verringerung der Komplexität der Regelungen für die öffentliche Beschaffung von Verteidigungsgütern den Binnenmarkt zu stärken;
64. herinnert eraan dat de lidstaten de transparantie en toegankelijkheid van hun defensiemarkt dringend moeten verbeteren, maar wijst tegelijk op het specifieke karakter van de defensiemarkten, die gerelateerd zijn aan de essentiële veiligheidsbelangen van de lidstaten en daarom niet op dezelfde wijze als andere markten kunnen worden beschouwd; verzoekt de lidstaten en de Commissie ervoor te zorgen dat de richtlijnen van 2009 betreffende overheidsopdrachten op defensiegebied correct en coherent worden toegepast, met name wat betreft uitzonderingen op de EU-regelgeving in het kader van artikel 346 VWEU, teneinde de interne markt te versterken door de aanbestedingsregels in de defensiesector, waar dit passend is, te vereenvoudigen;

25. anerkennt, dass die Probleme des Beschaffungswesens in der Union teilweise damit zusammenhängen, dass es keine echte Gegenseitigkeit mit den Vereinigten Staaten gibt; wirft deshalb die Frage auf, inwieweit den nationalen Beschaffungsagenturen empfohlen werden sollte, verstärkt europäische Einkäufe zu tätigen, um die europäische Verteidigungsindustrie in bestimmten Sektoren strategisch zu stärken; bekundet seine Überzeugung, dass die neuen Rechtsvorschriften der Union im Bereich der Beschaffung von Verteidigungsgütern nicht als Instrument missbraucht werden sollten, das es den US-Unternehmensinteressen ermöglicht, die europäischen Beschaffungsmärkte einseitig zu beeinflussen;
25. onderkent dat de in de EU bestaande problemen op het gebied van defensiebestedingen ten dele te wijten zijn aan het ontbreken van een echt "tweerichtingsverkeer" met de Verenigde Staten, en vraagt zich derhalve af of de nationale diensten bevoegd voor het gunnen van overheidsopdrachten op defensiegebied niet moet worden aanbevolen om meer Europese aankopen te doen teneinde de Europese defensiestrategie in bepaalde sectoren strategisch te versterken; is de overtuiging toegedaan dat de nieuwe EU-wetgeving inzake overheidsopdrachten op defensiegebied niet mag worden gebruikt als een instrument om Amerikaanse ondernemingen in staat te stellen de Europese markten voor overheidsopdrachten op het gebied van defensie unilateraal te infiltreren;

Wir möchten dem Kommissar daher folgende Fragen stellen: Welche Fortschritte gibt es hinsichtlich des Entwurfs der Richtlinie über die Beschaffung von Verteidigungsgütern, die nicht unter die Sonderregelung des Artikel 296 fallen?
Daarom willen wij de Commissie de volgende vragen stellen: in welk stadium van ontwikkeling bevindt zich de richtlijn op het gebied van overheidsopdrachten op defensiegebied waarop de vrijstellingsmogelijkheden van artikel 296 van het EG-Verdrag niet van toepassing zijn?

Die Beschaffung von Verteidigungsgütern erfolgt daher in den meisten Fällen nach wie vor nicht nach den Prinzipien des Binnenmarktes.
Op de meeste overheidsopdrachten op defensiegebied zijn de beginselen van de interne markt daarom niet van toepassing geweest.

Bei der öffentlichen Konsultation hat sich bestätigt, dass der gegenwärtige Rechtsrahmen für die Beschaffung von Verteidigungsgütern nicht zufrieden stellend funktioniert:
Met deze raadpleging werd bevestigd dat het bestaande wettelijke kader voor overheidsopdrachten op defensiegebied niet goed functioneert:

2. Vorbereitung einer möglichen neuen Richtlinie für die Beschaffung von Verteidigungsgütern, auf die die Ausnahmeregelung des Artikels 296 EGV nicht zutrifft.
2. het opstellen van een eventuele nieuwe richtlijn op het gebied van overheidsopdrachten op defensiegebied waarop de vrijstellingsmogelijkheden van artikel 296 van het EG-Verdrag niet van toepassing zijn.