E. overwegende dat, overeenkomstig artikel 8 van het Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten va
n de Europese Unie, tegen de leden van het Europees Parlement geen opsporing kan plaats
vinden, en zij niet kunnen worden aangehouden of vervolgd op grond van de mening of de stem die zij in de uitoefening van hun ambt hebben uitgebracht, en overwegende dat, overeenkomstig artikel 9 van dit Protoc
ol, de leden op hun eigen grondgebied de immu ...[+++]niteiten genieten welke aan de leden van de volksvertegenwoordiging in hun land zijn verleend;