20. verweist auf seinen eigenen Standpunkt und den Standpunkt des Rechnungshofes, dass komplizierte bzw. unklare Regeln und komplexe rechtliche Auflagen eine negative Wirkung auf die Rechtmäßigkeit und Ordnungsmäßigkeit von EU-Ausgaben haben; hält es für notwendig, das Thema der Vereinfachung als wichtigen Punkt für die nächste Überarbeitung der Haushaltsordnung und für die künftige Rechtsgrundlage von EU-Ausgabenprogrammen aufzugreifen;
20. herinnert aan zijn standpunt en het standpunt van de Rekenkamer dat gecompliceerde of onduidelijke regelgeving en complexe juridische vereisten afbreuk doen aan de wettigheid en regelmatigheid van de uitgaven van de EU; acht het noodzakelijk het streven naar vereenvoudiging bij de volgende herziening van het Financieel Reglement en bij de vaststelling van een rechtsgrond voor toekomstige uitgavenprogramma's van de EU een belangrijke rol te laten spelen;