36. empfiehlt den Mitgliedstaaten, den Vorrang der städtischen Innen- vor der Außenentwicklung zu betonen, d. h. den Schwerpunkt auf die Neu- und Umwidmung bestehender Bebauung – vor allem mit Hilfe eines nachhaltigen Flächenmanagements – zu legen, bevor neue Flächen bebaut werden;
36. beveelt de lidstaten aan om aan binnenstadsontwikkeling prioriteit te geven boven stadsuitbreiding, met andere woorden prioriteit te geven aan de herbestemming van bestaande bebouwing met name door middel van een duurzaam ruimtebeheer, alvorens nieuwe gronden te gebruiken;