50. nimmt den komplementären Charakter einiger Politiken und Programme der NATO (Partnership for Peace und Istanbul Cooperation Initiative, Dialog mit dem Mittelmeerraum) und der Europäischen Union (Nachbarschaftspolitik und Barcelonaprozess) zur Kenntnis; ermutigt beide Parteien zu prüfen, wie diese Programme und Politiken wirksamer eingesetzt werden könnten, um sich gegenseitig zu verstärken;
50. neemt kennis van de complementaire aard van bepaalde beleidsinstrumenten en programma's van de NAVO (partnerschap voor vrede en het samenwerkingsinitiatief van Istanbul en mediterrane dialoog) en de EU (nabuurschapsbeleid en het proces van Barcelona); roept beide partijen op te onderzoeken op welke wijze kan worden bewerkstelligd dat deze programma's en beleidsinstrumenten elkaar beter versterken;