Triebfahrzeugführer von Zügen, die von einem Eisenbahnunternehmen in Abschnitten zwischen den Grenzen und den grenznahen, für den grenzüberschreitenden Verkehr bestimmten Bahnhöfen betrieben werden, können vom Infrastrukturbetreiber nach folgendem Verfahren von den Anforderungen des Absatzes 2 ausgenommen werden:
Op voor grensoverschrijdende operaties aangewezen tracés tussen de grenzen en de dicht bij de grenzen gelegen stations kunnen bestuurders van treinen die worden geëxploiteerd door een spoorwegonderneming, door de infrastructuurbeheerder worden vrijgesteld van de eisen van lid 2 op voorwaarde dat de volgende procedure wordt toegepast: