« indem der königliche Erlass vom 4. Februar 1997 und das Bestätigungsgesetz vom 26. Juni 1997, das sich dessen Inhalt anmasst, regelwidrig sind, weil der vorgenannte königliche Erlass von einer im Gesetz vom 26. Juli 1996 zur Erfüllung der haushaltsmässigen Voraussetzungen für die Beteiligung Belgiens an der Europäischen Wirtschafts- und Währungsunion enthaltenen Ermächtigung ausgeht, die derart weitgefasst, ausgedehnt und vage ist, dass dieses Gesetz vom 26. Juli 1996 nicht als ein Gesetz betrachtet werden kann, welches dem König ausdrücklich Zuständigkeiten einräumt,
« doordat het koninklijk besluit van 4 februari 1997 en de bekrachtigingswet van 26 juni 1997, die zich de inhoud ervan toe-eigent, onregelmatig zijn omdat het voormeld koninklijk besluit uitgaat van een machtiging vervat in de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie, machtiging die dermate ruim, uitgebreid en vaag is dat die wet van 26 juli 1996 niet kan worden beschouwd als zijnde een wet die uitdrukkelijk bevoegdheden aan de Koning toekent,
