Das bisherige Nebeneinander von zwei Gravitationszentren in der europäischen Außenpolitik, den Hohen Vertreter als Ausdruck des gemeinsamen Willens der Mitgliedstaaten, und der Kommission, deren Rolle bislang stark auf die Mobilisierung der gemeinsamen Ressourcen und Instrumente reduziert ist und keine diplomatischen Initiativen ergreifen kann, ist eine Quelle der Ineffizienz - trotz der nicht zu bestreitenden Fortschritte im Krisenmanagement der Union - wie oben beschrieben.
Het naast mekaar bestaan van twee gravitatiepunten in het Europees buitenlands beleid tot nu toe, de hoge vertegenwoordiger, die de gemeenschappelijke wil van de lidstaten uitdrukt, enerzijds, en de Commissie, waarvan de rol tot nu tot de mobilisering van gemeenschappelijke bronnen en instrumenten beperkt is, en die geen diplomatieke initiatieven kan nemen, is - ondanks de niet te ontkennen vooruitgang in het crisisbeheer van de Unie - een bron van ondoeltreffendheid.