Artikel 81 § 2 des Gesetzes vom 28. Februar 2007, ersetzt durch Artikel 111 de
s Gesetzes vom 31. Juli 2013, bestimmt: « Die Offiziersanwärter können nur in den Dienstgrad als Unterleutnant bestellt werden, wenn sie die Prüfung über die effektive Kenntnis der zweiten Landessprache im Sinne von Artikel 3 des Gesetzes vom 30. Juli 1938 über den Spra
chengebrauch in der Armee bestanden haben, und die Unteroffiziersanwärter können nur in den Dienstgrad als Sergeant bestellt werden, wenn sie die P
...[+++]rüfung über die gründliche Kenntnis der Sprache der Einheit, bei der sie werden dienen müssen, aufgrund von Artikel 8 des vorerwähnten Gesetzes vom 30. Juli 1938 nachgewiesen haben.Artikel 81, § 2, van de wet van 28 februari 2007, zoals vervangen bij artikel 11
1 van de wet van 31 juli 2013, bepaalt : « De kandidaat-officier kan slechts in de graad van onderluitenant worden aangesteld indien hij geslaagd is voor het examen over de wezen
lijke kennis van de tweede landstaal bedoeld in artikel 3 van de wet van 30 juli 1938 betreffende het gebruik der talen bij het leger, en kan de kandidaat-onderofficier slechts in de graad van sergeant worden aangesteld indien hij blijk heeft gegeven van de wer
...[+++]kelijke kennis van de taal van de eenheid bij dewelke hij zal moeten dienen, krachtens artikel 8 van de voornoemde wet van 30 juli 1938.