Art. 17. Der Generaldirektor der Verwaltung oder sein Stellvertreter kann, ohne dass er einen Beschluss über die Beschwerde abwarten muss und ohne irgendeine Anerkenntnis zu Lasten der Rechte der Parteien die Abwicklung der unbestreitbar geschuldeten Beträge vornehmen.
Art. 17. De directeur-generaal van de administratie of diens afgevaardigde kan zonder te wachten dat over het beroep uitspraak is gedaan en zonder nadelige erkenning van de rechten van de partijen overgaan tot de uitvoering van het onbetwistbaar verschuldigde bedrag.