Der Rat hat in seiner En
tschließung vom 9. Februar 1976 über ein Aktionsprogramm zugunsten der Wanderarbeitnehmer und ihrer Familienangehörigen (1) sowie in seiner Entschließung vom 27. Juni 1980 über Leitlinien für eine Arbeitsmarktpolitik der Gemeinschaft (2) die Bedeutu
ng einer geeigneten Abstimmung der Wanderungspolitik gegenüber Drittländern hervorgehoben und darauf hingewiesen, daß die Integration des Arbeitsmarktes der Gemeinschaft im Rahmen der Freizuegigkeit der Arbeitnehmer in der Gemeinschaft gefördert werden muß, und zwa
...[+++]r insbesondere durch eine geeignete Abstimmung dieser Politiken entsprechend seinen Schlußfolgerungen vom 22. November 1979 zu diesem Thema. Der Rat hat in seiner Entschließung vom 16. Juli 1985 über Leitlinien für eine Wanderungspolitik der Gemeinschaft (3) die Zweckmässigkeit dieser Abstimmung erneut bekräftigt.Overwegende voorts dat de Raad in z
ijn resolutie van 9 februari 1976 betreffende een actieprogramma ten behoeve van migrerende werknemers en hun gezinsleden (1) en in zijn resolutie van 27 juni 1980 betreffende richtsnoeren voor een communautair arbeidsmarktbeleid (2), erop heeft gewezen dat het van belang is passend overleg over het migratiebeleid ten aanzien van derde landen te organiseren, en dat de integratie van de communautaire arbeidsmarkt in de hand moet worden gewerkt in het kader van het vrije verkeer van werknemers in de Gemenschap, met name door passend overleg over dit beleid, zulks volgens de conclusies die hij op 22 novemb
...[+++]er 1979 in dit verband heeft goedgekeurd; dat de Raad in zijn resolutie van 16 juli 1985 betreffende richtsnoeren voor een communautair migratiebeleid (3) de wenselijkheid van dat overleg nogmaals heeft bevestigd; 
