12. weist darauf hin, dass China freie Meinungsäußerung und freie Religionsausübung u
nd Gedankenfreiheit zulassen muss; bekräftigt insbesondere im Licht der Diskussionen unter chinesischen Funktionären über die Definition von "Religion" und insbesondere von "legaler Religion", dass ein umfassendes Gesetz über Religion formuliert werden
muss, das internationalen Standards entspricht und die tatsächliche Religionsfreiheit garantiert; bedauert die Widersprüchlichkeit zwischen der verfassungsmäßigen Glaubensfreiheit (verankert in Artikel 36 der chinesischen Verfassung) und der fortwährenden Einmisc
...[+++]hung des Staates in die inneren Angelegenheiten von Religionsgemeinschaften, insbesondere in Bezug auf Ausbildung, Wahl, Ernennung und politische Indoktrinierung von Geistlichen; 12. vestigt de aandacht op het feit dat China vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van godsdienstoefening en gedachten moet toestaan; bevestigt, met name in het licht van de discussies onder Chinese ambtenaren over de definitie van "godsdienst" (en vooral "wettelijk toegestane godsdienst"), de noodzaak van een algemene godsdienstwet die in overeenstemming is met internationale normen en borg staat voor een ware godsdienstvrijheid; betreurt d
e tegenstrijdigheid tussen de grondwettelijke vrijheid van geloof (vastgelegd in artikel 36 van de Chinese grondwet) en de voortdurende inmenging van de staat in de aangele
...[+++]genheden van religieuze gemeenschappen, met name met betrekking tot de opleiding, selectie, benoeming en politieke indoctrinatie van geestelijken;